Vandaag presenteerde ik samen met mijn collega Pieter Swager voor het directeurenoverleg van Stichting Openbaar Primair Onderwijs Dordrecht (OPOD) het verkennende onderzoek naar de inzet van Chromebooks dat vorig jaar is uitgevoerd door collega’s van de Pabo ism het lectoraat TLT. Het onderzoek levert een mooi kijkje op in hoe schoolleiders, docenten en leerlingen tegen de inzet van de Chromebooks aankijken, en volgens mij is dit voor veel basisscholen een herkenbaar beeld. Deze verkenning is de basis voor vervolgonderzoek waar we met docenten nieuwe didactische toepassingen met de Chromebook willen ontwerpen en testen.
Chromebooks
OPOD heeft de Chromebooks op haar dertien scholen breed geïmplementeerd. De scholen zijn zelf verantwoordelijk voor de implementatie van de Chromebooks. Een aantal scholen werken met Google Classroom, andere scholen werken weer met Snappet. Vanuit het bestuur van OPOD werd de vraag gesteld hoe de Chromebook nu didactisch worden ingezet op de scholen en hoe deze inzet door docenten versterkt kan worden? En welke ondersteuningsbehoefte ervaren de docenten als het gaat om deze inzet?
In het verkennend onderzoek is gekeken hoe schoolleiders en leerkrachten Chromebooks integreren in het onderwijs, hoe deze didactisch ingezet worden en welke vaardigheden leerkrachten daarbij nodig hebben. In het onderzoek zijn op zes scholen, waarbij bewust gezocht is naar variatie, semi-gestructureerde interviews afgenomen bij zes schoolleiders, 13 leerkrachten en 21 leerlingen. De gesprekken zijn opgenomen, uitgeschreven en vervolgens samengevat waarbij de gespreksinstrumenten als leidraad dienden. In de resultaten zijn de uitkomsten van de verschillende scholen samengevoegd om zo de centrale vraagstelling van dit onderzoek te kunnen beantwoorden:
Hoe wordt de Chromebook ingezet in scholen binnen OPOD, wat is de gewenste didactische inzet
van de Chromebook volgens de scholen, en welke ondersteuningsbehoeften ervaren scholen bij de inzet van Chromebooks?
In het algemeen kan gesteld worden dat er verschillen zijn tussen de scholen qua ervaring met de inzet van de Chromebooks. Van 1 jaar tot drie jaar. Ook binnen de scholen zijn er verschillen in ervaring, afhankelijk van de groepen waar de Chromebooks worden ingezet en de aanwezigheid van een pionier en ICT-specialisten. De Chromebooks worden bij alle scholen ingezet in de bovenbouw, groep 8 komt overal aanbod. Er zijn ook verschillen tussen de scholen als het gaat om het gebruik van ‘een eigen Chromebook’ of dat er sprake is van uitwisseling van Chromebooks tussen groepen. Bij scholen waar leerlingen beschikken over een ‘eigen Chromebook’ zie je ook inzet in de lagere groepen.
Schoolleiders
Uit de interviews met de schoolleiders blijkt dat scholen de volgende prioriteiten hebben t.a.v. de inzet van de Chromebooks: (1) het ontwikkelen van de ICT-bekwaamheden van leerlingen, (2) maatwerk in instructie of verwerking, (3) het stimuleren van samenwerking bij leerlingen, (4) het volgen van de ontwikkeling van leerlingen en daar gericht feedback op geven en (5) het verlengen van de onderwijstijd in de thuissituatie.
Op alle bevraagde scholen wordt de Chromebook ingezet om te zorgen voor differentiatie in het verwerkingsaanbod. Het stimuleren van samenwerkend leren en de ontwikkeling van de digitale bekwaamheden & mediawijsheid bij leerlingen wordt ook vaak benoemd. Een enkele school noemt ‘verbinding met de buitenwereld’ en ‘onderzoekend en ontwerpend leren’ als (mogelijke) inzet.
De bevraagde schoolleiders geven aan dat leerkrachten meer analyses uitvoeren op gemaakte opgaves. Hierdoor ontstaat meer zicht op de ontwikkeling van de leerlingen. Ze ervaren ook dat leerlingen meer op hun eigen niveau werken. Andere opbrengsten die genoemd worden: tijdsbesparing door minder correctiewerk maar meer tijd kwijt aan analyse opgaven en het op basis hiervan voorbereiden van onderwijs, stijgende leeropbrengsten, leerlingen werken rustiger en geconcentreerder, leerlingen vinden het leuker om te werken op de Chromebook, leerlingen hebben de mogelijkheid om eindeloos te oefenen.
Factoren die volgens de schoolleiders van invloed zijn op de inzet van Chromebooks zijn o.a. de (1) specifieke didactische vaardigheden om een geschikte leeromgeving te creëren waar leerlingen effectief kunnen werken met de Chromebook, waarbij ook de methode soms losgelaten dient te worden om aan te sluiten bij individuele leerlingbehoefte, (2) vaardigheden van docenten om learning analytics te benutten en (3) de didactisce ICT-bekwaamheden van de docenten. Verder dienen de vier in balans te zijn.
Docenten
De geïnterviewde docenten geven de volgende prioriteiten aan t.a.v. de inzet van Chromebooks: (1) differentiatie en maatwerk t.a.v. individuele verwerking, (2) stimuleren van samenwerking bij leerlingen, (3)het ontwikkelen van de ICT-bekwaamheden van leerlingen, (4) het volgen van de ontwikkeling van kinderen en leerlingenzorg, (5) verlenging van de onderwijstijd in de thuissituatie en (6) het versterken van actieve participatie in de les.
Als opbrengsten van de inzet van Chromebooks wordt genoemd: (1) het vergroten van de ICT-bekwaamheden van leerlingen, (2) leerlingen ontvangen sneller feedback en hoeven minder vaak te wachten op de juf/meester, (3) meer variatie in werkvormen en verrijkingsmaterialen, (4) meer motivatie voor en concentratie bij het leren als gevolg dat het werken met de Chromebook meer aansluit bij hun specifieke behoefte, ze op eigen tempo kunnen werken en verantwoordelijkheidsgevoel dragen voor de ‘eigen’ Chromebook, (5) tijdswinst en het (6) vergroten van vaardigheden zoals plannen, zelfstandig werken en zelfreflectie.
Docenten benoemen ook nadelige effecten van het gebruik van Chromebooks voor leerlingen: afleiding met als gevolg dalende taakmotivatie, leerlingen leren minder schrijven en leerlingen met voorkeur voor digitale taken werken minder aan analoge taken.
Verder benoemen de docenten opbrengsten voor zichzelf: het beter kunnen monitoren van de voortgang van de leerlingen waardoor ze ook kunnen zorgen voor onderwijsaanbod dat beter aansluit bij de behoeften van de leerlingen. Docenten vinden ook dat ze efficiënter kunnen werken, maar dat de mogelijkheden voor gedifferentieerd onderwijs juist meer voorbereiding vragen van docenten. Docenten geven aan dat er wel eens twijfels zijn over de betrouwbaarheid van de informatie over opgaves die leerlingen maken. Het denkproces is vaak niet zichtbaar.
Belangrijke factoren die volgens de docenten van invloed zijn op de inzet van Chromebooks zijn (1) het samenwerken en uitwisselen met andere collega’s, (2) ondersteuning bij vooral de technische vragen, (3) voldoende ICT-basisvaardigheden maar ook (4) organisatorische vaardigheden worden als cruciaal gezien. Als laatste punt noemen de docenten (5) kennis over doorgaande leerlijnen.
Leerlingen
En welk beeld hebben de leerlingen bij de inzet van de Chromebooks? Zij ervaren in ieder geval variatie in de inzet en dat het technisch allemaal soepeltjes verloopt. De Chromebooks worden op alle scholen ingezet voor rekenen. Verder wordt genoemd: spelling, inzet bij werkstukken & spreekbeurten, huiswerk maken (ook thuis), programmeren, extra werk en spelletjes voor als het werk af is.
De leerlingen ervaren o.a.de volgende voordelen bij de inzet van de Chromebooks: (1) directe feedback via de software, waardoor je gelijk ziet of je antwoord goed of fout is, bij een fout antwoord ontvang je een tip waardoor je verder kunt en niet hoeft te wachten op de juf/meester, (2) je hoeft minder te schrijven en typefouten kun je makkelijk corrigeren, (3) je bent gemotiveerder om geen fouten te maken, (4) de meester/juf weet hoe je het hebt gedaan, (5) je maakt veel meer reken- en spellingsopgaven, (6) beter bijhouden van taken op de weektaak, (7) de docent hoeft niet in je werk te gaan strepen om fouten aan te geven en (8) dat je meer leert.
Conlusies
De bevindingen geven aan dat de inzet van Chromebooks met name is gekoppeld aan de lesmethodes. Docenten noemen overwegend toepassingen die je kunt plaatsen onder de noemer aanbieden van onderwijs op maat, waarbij ook wordt aangegeven dat leerlingen meer verantwoordelijkheid krijgen over hun eigen leerproces door bijvoorbeeld het zelf inplannen van taken aan de hand van een digitale weektaak. De inzet in tijd per dag verschilt sterk per school.
De inzet is verder afhankelijk van de leerlingenpopulatie. Scholen met gemiddeld een gemiddeld wat zwakkere leerlingpopulatie lijken vooral in te zetten op het aanbieden van onderwijs op maat en verlenging van de onderwijstijd. Scholen met een gemiddeld wat sterkere leerlingpopulatie sturen meer op het ontwikkelen van ICT-bekwaamheden en mediawijsheid van leerlingen en docenten.
De implementatie van de Chromebooks is veelal in handen van docenten, die in veel gevallen worden ondersteund door een pionier. Docenten krijgen veel ruimte om uit te zoeken hoe zij de Chromebook willen inzetten. Schoolleiders ondersteunen dit proces middels een scholingsaaanbod en technische ondersteuning. Uit het gesprek met de school die het langst ervaring heeft met de inzet van Chromebooks ontstaat gericht beleid pas in een later stadium.
Qua ondersteuningsbehoefte wordt er weinig specifieks benoemd. Docenten hechten wel waarde aan uitwisseling en delen van kennis, binnen de school maar ook over de scholen heen. Docenten geven aan welke kennis zij noodzakelijk vinden om onderwijs op maat met behulp van Chromebooks te realiseren. Analyseren en differentiëren wordt als cruciaal gezien. Schoolleiders en docenten benoemen niet kennis en vaardigheden over het bewust inzetten van technologieën op basis van vakinhoudelijke en didactische kennis (TPACK).
Aanbevelingen
Verder hebben we met de directeuren gesproken over aanbevelingen en volgende stappen. Opvallend is de variatie in inzet, en hoe die afhankelijk is van de visie van docenten en pioniers. In het overleg werd duidelijk hoe belangrijk het is dat school en docenten de technologie inzetten vanuit een visie op leren. Waar in het leerproces werkt de inzet van Chromebooks wel en wanneer moeten de ‘kleppen dicht’.
Ruimte geven aan eigen ontwikkeling als school wordt als zeer belangrijk ervaren door de directeuren. Dit proces kan wel ondersteund worden door een breder gedragen en inspirende visie over de didactische inzet van ICT, en specifiek de Chromebooks. Je kan dan ook gericht scholings- en ondersteuningsbeleid ondersteunen, en het biedt mogelijkheden om binnen de scholen en bestuursbreed gericht met en van elkaar te leren.
Dit laatste kan ondersteund worden door een ontwerpgerichte benadering van onderzoek toe te passen, waar je gericht op zoek gaat naar (praktijk-)kennis over de effectieve inzet van Chromebooks. Thema’s kunnen dan zijn onderwijs op maat, ontwikkeling van ICT-vaardigheden, ondersteunen van zelfregulatie bij leerlingen en vormen van samenwerkend leren organiseren en ondersteunen.
De onderzoeksrapportage is binnenkort beschikbaar via de website van het lectoraat TLT.