Een inspirende bijdrage van Paul Natorp op TedxBilbao (hoewel hij wel even op gang moet komen). Natorp beschrijft wat hij geleerd heeft over onderwijs en zijn rol als ‘educator’ vanaf de tijd dat hij bij KaosPilots in Denemarken betrokken raakte.
…and what I discovered was that if we want to create a space for people to grow and really learn it matters a lot how we think about each other and how we look at each other. And this was probably one of the most powerful interventions I’ve done in my professional life as an educator. I shared my own vulnerability and my desire to learn with my students. And most importantly I chose to look at them as creative, resourceful and whole human beings that are worthy of responsibility and trust. And are capable of finding good solutions themselves.
Natorp pleit voor een school dat vooral een plek van vertrouwen, respect en ondersteuning moet zijn. Respect voor elkaars dromen, vertrouwen dat deze dromen tot realiteit gemaakt kunnen worden en ondersteuning voor de jongeren om deze grote stappen in het onbekende te durven maken.
So what I’ve learned is that as teachers we must get out of the way of our students and we must stand by their side to support them.
As educators and teachers it is not our job to tame our students. I believe that an important part of our job is to untame our students, to help them to express who they are, use their talents and find food themselves.
Dit raakt mijn passie voor onderwijs en leren. En als lerarenopleider zal ik in 2011 weer mijn uiterste best doen om de passie en talenten van mijn studenten centraal te stellen en ze helpen om creatieve en innovatieve docenten te laten worden.
Ik wens iedereen een leerzaam 2011 toe! Vol dromen en in alle gezondheid!
PS. Kaospilots in Nederland kennen we als Knowmads. Luister hier bijvoorbeeld eens naar Naomi en Pieter Spinder.
“Na een paar maanden van relatieve stilte rond de TeachmeetNL lijkt het erop dat we in 2011 weer helemaal los gaan”, schrijft Fons van den Berg op de site van TeachmeetNL. Klopt, en we starten met de TeachMeetNL iLearn2011 op maandag 17 januari georganiseerd door de tweedegraads lerarenopleiding van Hogeschool Inholland in Amsterdam.
Wat is een TeachMeet?
Een TeachMeet is een informele bijeenkomst voor iedereen die nieuwsgierig is naar technologie in het onderwijs. Iedereen kan deelnemen en zijn ideeën of geweldige ervaringen uit zijn onderwijspraktijk met anderen delen. Uitgangspunt is: de borrel = de conferentie. Een TeachMeet is een unconference. De bedoeling is dat het de leukste professionaleringsbijeenkomst is die je kent.
Schrijf je in! Laat je inspireren, ontmoet nieuwe mensen, bedenk mooie ideeën onder het genot van een hapje en een drankje! Beter nog: draag bij! Met een micro-of nano-presentatie. Of op een andere wijze, er staat niets vast! Ga naar de TeachMeetNL wiki voor meer informatie over de TeachMeetNL #ilearn2011, de spelregels en hoe je je kunt aanmelden.
Deze Teachmeet wordt aansluitend aaniLearn2011 georganiseerd, een ‘student generated’ mini-conferentie over ICT & Onderwijs. Tweedejaars studenten van de tweedegraads lerarenopleiding Domein Onderwijs, Leren & Levensbeschouwing van Inholland presenteren door middel van presentaties, workshops en round tables hun leervragen op het gebied van ICT en onderwijs.
De studenten werken nu aan het ‘beantwoorden’ van hun leervraag en aan de voorbereidingen van actieve- en inspirerende sessies. Aanbod komen thema’s als digiborden; games in het onderwijs; effectief presenteren; social media; digitale leermiddelen; digitale didactiek en nog veel meer. De studenten willen graag hun kennis delen en de dialoog aangaan over de inzet van ICT in het onderwijs en leren.
iLearn2011is toegankelijk voor iedereen die binding heeft met het gebruik van ICT in het Onderwijs. Medewerkers en studenten van het domein OLL van Inholland, maar ook ‘externen’ zijn bij deze van harte uitgenodigd! Hier vind je meer informatie (en binnenkort het programma).
En daarna dus de TeachMeet! Waar studenten, onze leraren van de toekomst, lerarenopleiders, docenten uit het werkveld, ICT & onderwijs experts, innovatoren en creatievelingen elkaar ontmoeten! Dat noemen we met recht een ‘onderwijsfeestje’!
‘Lang, lang geleden’, deed ik op deze plek een oproep naar leerpraktijken die op een succesvolle wijze web 2.0 technologie inzetten. Het lectoraat eLearning was op zoek naar de kenmerken van deze succesvolle leerpraktijken en vroeg zich af of en welke van die kenmerken geschikt zouden zijn voor het herontwerpen van leepraktijken in vergelijkbare- en minder vergelijkbare situaties.
Daar zat ook nieuwsgierigheid in naar de vraag in welke mate de ‘affordances’ van web 2.0 technologie zouden bijdragen aan gedeeld eigenaarschap tussen lerenden en docent/begeleiders: co-creatie!
Het onderzoek, onder de noemer van het internationale ‘Students’ Voices project, is afgerond en heeft geresulteerd in de beschrijving van vijf verschillende casussen incl. bijbehorende ‘flipumentaries’.
Casussen De oproep leverde een respons op van ongeveer 30 casussen. Uit deze longlist volgde een shortlist, en daaruit een selectie van casussen. Na introductiegesprekken en een documentstudie hielden we met de betrokkenen (lerenden en docenten/begeleiders) half-open interviews op basis van een analyse- en evaluatiekader. Hieruit volgde een casebeschrijving en een cross-case analyse.
De vijf casussen die we hebben beschreven zijn:
Knowmads, een ‘school voor de talented outcast’, waar ondernemerschap, sociale innovatie en leren door doen centraal staat;
GNR8, een leerwerkbedrijf van Hogeschool Inholland, die ‘student generated’ mediaprojecten uitvoeren voor het bedrijfsleven;
Hairlevel XL, een visueel zeer aantrekkelijke online leeromgeving voor leerlingen die de kappersopleiding volgen;
Gamemuseum in Delicious, een initiatief van een docent die zijn studenten via social bookmarking een ‘gamemuseum’ inricht;
Mees’ podcasting, de ‘bijna altijd’ wekelijkse radiopodcasts van Maarten Hendrikx met zijn leerlingen (in combinatie met Twitter).
Succesfactoren Kort over de resultaten (voor een uitgebreid verslag verwijs ik u naar de rapportage). U ziet hem wellicht aankomen, er is geen eenduidige succesformule aan te wijzen! Maar dit zijn de de succesfactoren die de leerpraktijken met elkaar delen. En nogmaals, deze factoren zijn aangegeven in de interviews met de betrokkenen, waaronder ook de lerenden. De students’ voice komt hierin terug.
Bij alle leerpraktijken is er sprake van intrinsieke motivatie. Lerenden geven duidelijk aan een bepaalde mate van mede-eigenaarschap over de leerpraktijkte ervaren. Er is sprake van co-leren, er wordt mede vorm gegeven aan het leerproces en leerproduct;
De leerpraktijken sluiten nauw aan bij de praktijk en de belevingswereld van de studenten. De leerpraktijken zijn authentiek! Echt! Er is sprake van leren door doen. Dit activeert de lerenden, en draagt vervolgens weer bij aan motivatie en eigenaarschap;
Er worden veilige leeromgevingen gecreëerd, waar leerlingen verantwoordelijkheid krijgen. Bij de ene leerpraktijk vindt er op dit terrein meer sturing plaats dan andere, maar dat hoeft niet af te doen aan de mate van eigenaarschap die de lerenden ervaren. Belangrijk bij deze succesfactor is het vertrouwen dat lerenden krijgen van hun docenten/begeleiders. Hierdoor ontstaat ruimte voor creativiteit, zelf-ontplooiiing en betrokkenheid;
De web 2.0 technologie is alomtegenwoordig en laagdrempelig in gebruik. Lerenden kunnen de tools inzetten op een wijze die het best aansluit bij hun persoonlijke leervoorkeuren. Als de didactische strategie o.a. de drie bovenstaande succesfactoren bevat, dan wordt zichtbaar dat de inzet van web 2.0 de actieve betrokkenheid bij het vormgeven van de leerprakijk versterkt. De inzet en de gebruikte functies van web 2.0 wordt wel sterk bepaald door de organisatie van de leerpraktijk, die van formeel tot informeel kan zijn. Interessant in dit geval is de casus Hairlevel XL, die niet zozeer de bekende web 2.0 technologie inzetten binnen het curriculum, maar de functionaliteiten en visie daarachter ‘adopteren’ en vormgeven in een ‘veilige, afgesloten’ leeromgeving. Een formele benadering, maar zeer taakgericht en dat draagt zeker bij tot een mate van succes.
Alle betrokken docenten en begeleiders zijn ervaren gebruikers van de web 2.0 technologie. Het zijn voorlopers die durven experimenteren met technologie, en daar ook de ruimte voor krijgen/nemen. Het zijn vooral didactici die het individuele leerproces van de lerenden voorop hebben staan, en kennis hebben over hoe web 2.0 in te zetten om dit leren te bevorderen. Het zijn docenten die open staan voor samen leren en vertrouwen hebben in de lerenden.
Matrix In de cross-case analyse hebben we vervolgens getracht de leerpraktijken te typeren. Dit hebben we gedaan vanuit de aanname dat de inzet van web 2.0 technologie bijdraagt aan mede-eigenaarschap, dat de basis is voor co-creatie en co-productie in de leerpraktijken. Is de lerende volledig eigenaar, dan is er sprake van informeel leren, dat we ook zien als een van de aspecten van web 2.0. Hoe meer ruimte de lerende krijgt om de leerpraktijk mede vorm te geven, en hoe groter de rol van Web 2.0-technologie, hoe meer er wellicht sprake kan zijn van informeel leren. Hoe minder er sprake is van een vooraf ontworpen leerpraktijk en hoe meer dat afhankelijk is van een proces, hoe groter het aandeel is van informeel leren is en hoe groter het aandeel mede-eigenaarschap wordt. En dat zie je o.a weer terug in hoe de lerenden en hun docenten/begeleiders de web 2.0 technologie gebruiken, namelijk meer functies en ter ondersteuning van een groter gedeelte van het leerproces.
Overdraagbaarheid De overdraagbaarheid van de succesfactoren van de verschillende casussen is een lastig verhaal. De leerpraktijken kennen hun specifieke context. Het succes van de leerpraktijken wordt bepaald door de betrokkenen, die geven de leerpraktijk een uniek karakter mee. Bovendien is er sprake van maatwerk. Als we het hebben over overdraagbaarheid dan moet je de genoemde succesfactoren eerder als voorwaarden en ontwerpprincipes nemen in het ontwerp van leerpraktijken in vergelijkbare en minder vergelijkbare contexten.
Ten slotte Lees het volledige rapport hier. Op dezelfde site treft u ook de bijbehorende filmpjes aan die door studenten van GNR8 (Sammy & Dave) zijn gemonteerd en bestaan uit o.a. Flip-opnames die we hebben gemaakt ten behoeve van het onderzoek. In deze filmpjes hebben we getracht zoveel mogelijk de students’ voice naar voren te laten komen. Hieronder treft u een presentatie aan die we hebben gebruikt tijdens de Dag van het Onderzoek van Inholland op 4 november 2010.
Het is het tweede Students’ Voices onderzoek waaraan ik heb mogen meewerken, en ben eigenlijk weer verrast door de meningen en de beleving van de leerlingen en de studenten als het gaat om vormgeven van onderwijs. Het is ook niet voor niets dat we onderwijsinstellingen het advies geven om ruimte te bieden voor nieuwe initiatieven die samen met de leerlingen en de studenten worden ontwikkeld.
De kans is groot dat er een innovatieve leerpraktijk onstaat en dat de technologie ook daadwerkelijk wordt ingezet en bijdraagt aan de kwaliteit van leren.
Hoe kunnen de ICT-vaardigheden van jongeren in ontwikkelingslanden versterkt en ingezet worden met als doel hun leefomgeving te verbeteren? Dat was het centrale thema van de 7e editie van Fill The Gap, vanmiddag in het Sieraad in Amsterdam. Het was een Open Space bijeenkomst waar mensen uit het bedrijfsleven, onderwijs, media en ontwikkelingssamenwerking op informele wijze met elkaar discussieerden over de vraagstukken met betrekking tot jongeren en ICT in ontwikkelingslanden. Het ging om kennis delen, ideeën opdoen, oplossingen bedenken en je laten inspireren.
Jennifer Corriero De bijeenkomst begon met een inleiding door Jennifer Corriero. Zij is mede-oprichter van TakingITGlobal, waar ik deze week al eerder over berichtte. Zij concentreert zich in haar werk met name op de youth leaders, de jonge wereldburger die betrokken is bij de ontwikkelingen en problemen in de maatschappij, en hoe je o.a. door middel van ICT hun leadership skills kunt versterken.
In haar betoog sprak zij zeer inspirerend over 6 archetypes van jonge leiders en hoe je de stem van deze jongeren kunt versterken. Deze typeringen komen uit haar onderzoek naar de rol van jongeren als change agents in internationale actiegroeperingen, aldus Corriero.
1. The Dreamer
De idealist, soms onrealist. De jongeren die visie ontwikkelen en anderen inspireren. Zij geven een gevoel van richting. Je kan de stem van deze jongeren versterken door ze een platform te bieden waar ze hun visie kunnen presenteren en delen met anderen. Corriero stelt voor om deze dromers te betrekken als adviseurs (zo was zij als 19-jarige al senior-consultant bij Microsoft).
2. The Megaphone De jongeren die hun mond open, hun stem laten horen. Die anderen, waarvan hun stem niet gehoord wordt, mobiliseren. Je kunt deze ‘megaphones’ ondersteunen door hun stem te versterken, om ze te betrekken bij het maken van beslissingen en om dat ook te formaliseren.
3. The Spark Plug
Zij verzamelen mensen om zich heen en verbinden mensen met elkaar en aan ideeën of een gezamenlijk doel. Daardoor ontstaan nieuwe mogelijkheden en samenwerkingen.
4. The Task Master Deze mensen zijn in staat om uit grote ideeën beheersbare taken en planningen te genereren. Praktisch, doelgericht.
5. The Sherpa De gids, de mentor. De docent. Corriero heeft het over peer-education, de Sherpa verzamelt en deelt kennis met anderen. Door de Sherpa de juiste tools in handen te geven kunnen zij hun rol als mentor spelen.
6. The Storyteller Zij vertellen de verhalen die ontstaan in organisaties, projecten en hun nabije leefomgeving door middel van blogs, artikelen, interviews, YouTube, etc. De beste manier om hun stem te versterken is door ze naar te luisteren.
Een inspirerende indeling. Goed om jongeren bewust te maken van de rol die ze kunnen spelen in maatschappelijke vraagstukken of binnen een organisatie of community. Een onderdeel van life skills. Maar de indeling zou je ook kunnen gebruiken in een gesprek over hoe je social networks en informatiestromen effectief kunt inzetten om jezelf op een authentieke en positieve manier te profileren. Ik herken me in de dromer, de sherpa en de verhalenverteller.
Over spel, ICT en jongeren in ontwikkelingslanden De rest van de middag stond in het teken van de Open Space sessie. Het thema was bekend, de organisatie had een aantal kernvragen geformuleerd, maar er was geen agenda. Deze werd on the spot gevuld, door mensen die een sessie wilde organiseren over een thema of vraagstuk. Ik voegde mij bij Saskia Harmsen, die de vraag stelde over hoe wij spel kunnen gebruiken om ICT-vaardigheden te ontwikkelen en te versterken bij jongeren in ontwikkelingslanden in plaats van het aanbieden van formele trainingen en programma’s. In het onderzoek Students’ Voices waar ik aan mee werk (pas op, komt een plug aan: heeft u mijn oproep al gelezen?) stellen we een soortgelijke vraag over hoe je de informele, persoonlijke leeromgeving op het web kunt inzetten in het formele onderwijs. Ik wilde mij dus laten inspireren, en had wat expertise in de aanbieding.
Het leverde een interessante discussie op, die vele kanten op ging. Dat kwam ook deels door de Open Space opzet, soms verlieten mensen de sessie, anderen kwamen er weer bij en keken net weer even anders naar de situatie. Onderstaande video’s geven een aardig overzicht van wat we hebben besproken, ik noem hieronder een selectie:
– belangrijke voorwaarde is dat jongeren in ontwikkelingslanden in het bezit zijn van hun eigen ICT tool. Een computer, OLPC, een mobiele telefoon of een andere, individuele, tool. Ik denk dat we ons moeten focussen op de mobiele telefoon. In veel ontwikkelingslanden is het slecht geregeld met de infrastructuur wat betreft computers en netwerken, maar is de dekking van mobiele telefoons uitstekend.
– Wat de tool ook mag zijn, het moet jongeren uitdagen om te gaan experimenteren, zodat ze het apparaat en de software eigen gaan maken, en zelf initiatieven gaan nemen om verder te leren (zoals we bijvoorbeeld zien in het Hole In The Wall-project van Sugata Mitra).
– Wat ze geleerd en of gemaakt hebben moeten ze eenvoudig kunnen delen met anderen. Dat levert waardering, zelfvertrouwen en motivatie op.
– de informele leeromgeving van de jongeren tegen over de formele leeromgeving van het onderwijs, hoe verhoudt zich dat in ontwikkelingslanden, wat kunnen we leren van bijv. Nederland.
– Interface van technologie, software en games moet sterk visueel zijn, niet tekst gebaseerd.
Flip-impressie
Ik heb met de Flip twee impressies gemaakt. In het eerste filmpje verkennen we het thema en hebben we het over eigenaarschap en de persoonlijke leeromgeving van de jongeren. In het tweede filmpje geeft Saskia een mooi overzicht van wat we allemaal besproken hebben.
Saskia heeft uiteindelijk de aanbevelingen op papier gezet en die op het grote ‘agenda-bord’ geplakt. Met de resultaten van de andere sessies staat er op zo’n bord toch een behoorlijke hoeveelheid van ideeën, strategieën en aanbevelingen waar je verder op kunt bouwen.
Update 30/01 Saskia heeft de aanbevelingen uitgewerkt en onderaan deze post geplaatst. Dank!
Voor het onderzoek Students’ Voices II van het lectoraat eLearning van Hogeschool INHolland ben ik op zoek naar:
Succesvolle leerpraktijken in het onderwijs waar leerlingen/studenten en de school/docenten samen verantwoordelijk (co-creators) zijn voor leerinhoud en leerproces en waar er betekenisvolle relaties kunnen worden gelegd tussen de formele leeromgeving van school en de informele leeromgeving van de leerling/student.
In het onderzoek staat de volgende vraag centraal:
Wat zijn kenmerken van succesvolle leerpraktijken met de inzet van Web 2.0- technologie die maken dat ze als model kunnen dienen voor een herontwerp van leerpraktijken in vergelijkbare en minder vergelijkbare contexten?
Meer hierover verderop in deze post, ik zal eerst de reden van mijn verzoek toelichten. Ik ben een aantal uren per week werkzaam als research fellow bij het lectoraat eLearning van INHolland. De onderzoeken van het lectoraat eLearning richt zich op de vraag, hoe de kwaliteit van het leren en onderwijs kan worden verbeterd door de inzet van ICT en e-learning.
Mijn activiteiten in het lectoraat zijn met name gericht op het onderzoeksproject Students’ Voices. Dit is een onderzoek naar de mening van leerlingen en studenten over leren met technologie. Dit onderzoek gaat dit jaar zijn tweede fase in: Students’ Voices II (lees hieronder een korte toelichting). En het is om deze reden dat ik mijn blog even misbruik voor deze oproep. Dus:
Bent u bezig met ontwikkelen/uitvoeren van een dergelijke leerpraktijk? Heeft u net een succesvol onderwijsproject uitgevoerd? Kent u collega’s of scholen die een dergelijke succesvolle leerpraktijk hebben? Grote projecten, kleine projecten, lessenseries, etc. Type onderwijs maakt niet uit. Ik hoor het graag! Via een reactie op deze post, via Twitter of jeroen.bottema[at]inholland.nl. Bij voorbaat dank! Zeg het voort! Re-tweet! Ik zou daar enorm mee geholpen zijn.
Deze leerpraktijken plaats ik op een longlist, waaruit ik samen met mijn collega’s een selectie zal maken.
Students’ Voices In het schooljaar 2008-2009 is in Australië en Nederland onderzoek gedaan naar de ervaringen, verwachtingen en ideeën van leerlingen, studenten en jonge, startende leraren met de betrekking tot de inzet van ICT in leerprocessen: Students’ Voices.
De conclusies van dit onderzoek zijn te lezen in het bijbehorende rapport (PDF, 1.3 mb). Het artikel (PDF), geschreven door lector Guus Wijngaards, geeft een goede samenvatting van de belangrijkste conclusies. Een van de interessante vragen in het onderzoek vond ik die over het gebruik van social networking en social media in relatie met leren en onderwijs. Met andere woorden: wat zeggen jongeren over het gebruiken van hun informele, persoonlijke leeromgeving op het web in de formele leeromgeving van school. De leerlingen en studenten gaven aan dat hun persoonlijke leeromgeving niet zomaar vermengd moeten worden met leren op school. De lector schrijft in het artikel:
Het gaat over ‘locus of control’, want de persoonlijke omgeving staat onder controle van de eigenaar van die omgeving en bij onderwijs leggen leerlingen/studenten de ‘locus of control’ juist bij de onderwijsinstelling en de leraren. Zolang wij onvoldoende in staat zijn om het onderwijs zo in te richten dat de leerling zich daadwerkelijk mede-eigenaar gaat voelen van het eigen leerproces, is de kans dat persoonlijke omgevingen worden benut bij het reguliere leren klein. Er is nu nog een scherpe scheiding tussen formele leeromgeving en persoonlijke omgeving en pas als we erin slagen om bij herontwerp van het onderwijs de brug te slaan tussen beide werelden, kan een succesvolle verbinding worden gerealiseerd tussen de virtuele omgevingen die daarmee verbonden zijn. bron
Students Voices II Dit is onder andere de aanleiding geweest voor het tweede deel van het Students’ Voices onderzoek en de onderzoeksvraag. We doen het onderzoek vanuit de overtuiging dat zowel de lerenden als de docent zich eigenaar moeten voelen van de leeromgeving.
Een belangrijk hulpmiddel hierbij is de inzet van ICT, en dan met name de web 2.0 tools. Door deze tools hebben de leerlingen/studenten meer mogelijkheden om actief deel te nemen en samen te werken aan leeractiviteiten, meer mogelijkheden om zelf leerinhouden te produceren. Deze tools maken vaak onderdeel uit van het ‘persoonlijke web’ van de leerling/student en worden nauwelijks in de formele leeromgeving van de school gebruikt. De vraag is of de leerling/student mede-eigenaar wordt van zijn leerproces door het inzetten van zijn persoonlijke leeromgeving. En hoe stem je beide leeromgevingen dan op elkaar af?
Door het bestuderen van leerpraktijken waar deze beide leeromgevingen met succes aan elkaar zijn verbonden willen we inzicht krijgen in de succesfactoren. Vervolgens willen we bestuderen of we daar een model uit kunnen genereren die je kunt gebruiken bij het ontwerpen van leerpraktijken.
Student centraal
In Students’ Voices I hebben we echt alleen de jongeren aan het woord gelaten, in Students’ Voices II zullen we naast een document studie, interviews gaan houden met alle betrokkenen in de leerpraktijken. Toch staat in dit onderzoek ook de stem van de jongeren weer centraal. Wij gaan uit van gedeelde verantwoordelijkheid bij jongeren voor het eigen leren en daarom is het belangrijk dat we luisteren naar hun ervaringen en ideeën. Door in het onderzoek hun rol en betrokkenheid te beschrijven, hopen we waardevolle elementen op te pakken waardoor we in het onderwijs de juiste keuzes kunnen maken als het gaat om het (her-)ontwerpen van onderwijs
Meer info: Meer informatie over Students’ Voices kunt u vinden op de website. Op de laatste editie van de Online Educa in Berlijn gaf lector Guus Wijngaards een korte presentatie over Students’ Voices II. Ik heb daar onderstaande slidecast van gemaakt:
Aanstaande vrijdag ga ik naar Fill The Gap 7, ik vertegenwoordig daar het lectoraat eLearning. Wij hebben de uitnodiging ontvangen vanwege ons onderzoek Students’ Voices. De titel van deze bijeenkomst is R U Online? “Mobilising youth for development”:
Voor jongeren is het gebruik van nieuwe (mobiele) media de gewoonste zaak van de wereld. Opgegroeid in het digitale tijdperk en creatief als ze zijn, zetten de wereldveranderaars onder hen nieuwe media doelbewust in om veranderingen teweeg te brengen. Denk maar aan de twitterrevolutie in Iran. Wat kan de ontwikkelingssector daarvan leren? Hoe kan binnen ontwikkelingssamenwerking meer gebruik worden gemaakt van de potentiele kracht van jongeren om ontwikkelingsproblemen aan te pakken? bron
Open Space Het wordt een ‘Open Space’- bijeenkomst. Ik had nog niet eerder gehoord van dit concept. Via de organisatie kreeg ik wat informatie over Open Space en las ik:
Open Space (also known as Open Space Technology or OST) is a method for convening groups around a specific question or task or importance and giving them responsibility for creating both their own agenda and experience. It is best used when at least a half to two full days are available. The facilitator’s key task is to identify the question that brings people together, offer the simple process, then stand back and let participants do the work bron
Dus aanstaande vrijdag is het thema jongeren en ICT in ontwikkelingslanden en is de probleemstelling hoe we hun vaardigheden en kwaliteiten zo kunnen inzetten dat er een betere leefomgeving ontstaat.
In de Open Space sessies ben ik vrij in hoe ik wil bijdragen aan de discussie. Ik kan reflecteren, kan zelf een agendapunt toevoegen, ik kan halen, ik kan brengen. Ik zal vanuit mijn expertise mbt eLearning en het onderzoek Students’ Voices proberen mijn steentje bij te dragen. En ontwikkelingsgeografie is bij mij ook nog niet weggezakt. Ik verwacht een sessie waar out-of-the-box denken, chaos en creativiteit centraal zullen staan. Bring it on!
Ik ben erg benieuwd naar hoe deze werkvorm in de praktijk werkt en hoe ik dat kan toepassen in het begeleiden van studenten. Lees meer over OST: kstoolkit en Openspaceworld.org
Taking IT Global Er wordt op de bijeenkomst een keynote verzorgd door Jennifer Corriero, zij is mede-oprichter van de organisatie Taking IT Global. Ook nog nooit van gehoord. Af en toe heb ik het idee dat ik onder een steen lig.
Taking IT Global is een online community gericht richt op jongeren en onderwijs met als doel de kritische denkvaardigheden, leiderschapsvaardigheden en creativiteit bij jongeren te verbeteren door het effectiever inzetten ICT en hun sociale netwerken. Het gaat om wereldburgerschap: verbeter de wereld met elkaar, begin bij je zelf. Thema’s op de website hebben te maken met complexe mondiale problemen, zoals klimaatverandering, energievraagstuk, voedselschaarste, etc. Problemen die creatieve oplossingen vragen. Ik onderschrijf de missie van TakingITGlobal dat de ideeën daarvoor uit een brede, diverse, internationaal netwerk moeten komen. Het gaat om 21st century skills.
Er is een aparte community, TIGed, voor docenten. Docenten kunnen lesmateriaal publiceren en delen, online internationale uitwisselingsprojecten starten en er is een mogelijkheid om tegen betaling een online leeromgeving in te richten:
Zowel de kracht als het gevaar inherent aan sociaal en in samenwerking gebruiken van het internet erkennend, stelt TIGed docenten in staat om private, reclamevrije virtuele klaslokalen te creëren en te beheren, waardoor studenten kunnen profiteren van de voordelen van web 2.0 tools zonder veiligheid op te offeren. Docenten kiezen welke tools ze integreren in hun online klaslokalen gebaseerd op wat het meest geëigend is voor hun studenten en projecten. Beschikbare tools zijn o.a.: blogs, podcasts, kaarten, galerijen met digitale afbeeldingen, dicussie groepen, live video chat, online bestandsruimte en meer. bron
Het lesmateriaal dat nu in de databank staat komt uit de VS en is niet vertaald. Vooral gericht op het primair onderwijs. Maar goed, het kan ter inspiratie dienen. Ook de website lijkt nog midden in een vertaalslag te zitten. (update 15/01: de site maakt gebruik van een vertaalmachine)
In ieder geval een interessant initiatief en ik zal binnenkort eens een beter kijkje nemen. Ik ben benieuwd wat ik vrijdag allemaal tegen ga komen.
Selected ongoing projects under the Lifelong Learning Programme which relate to learning, innovation and ICT will present their results and experiences along four main policy themes. […] The discussions will focus on future avenues and will provide input to the upcoming discussions on the future Lisbon objectives and the Lifelong Learning Programme.
A ‘broad topic’ session. What’s the current situation regarding to ICT and learning in Europe. Sessions about impact and implications for learning of using ICT in education and training, digital competence building and equity, online learning communities, ICT as an enabler of creativity and innovation in education and training. Keynotes, case studies and panel discussions.
But maybe I’ve registered to soon for this session. The School Forum sounds great too:
Building the school of the future: With the School Forum – the new Berlin Forum on Technology and Learning Trends for Schools- ONLINE EDUCA BERLIN aims to create a central meeting point for teachers and headteachers interested in qualified innovative and exciting e-learning projects. Through the insights of renowned experts combined with the opportunity to share knowledge and resources, educators can broaden their horizons and explore new ways of successfully employing e-learning in the classroom. A variety of hands-on activities will help to explore “how it really works”. source: pre-conference PDF
Default language is German, that’s a setback. Can understand it fine, speak but a few standard words and sentences. I’ll let it depend on the moment.
Research into learning technologies is growing rapidly. The challenge facing educators is cost-effectively turning pilot projects to practice. This Learning Café enables delegates to explore the strategy and achievements of research-based Media Zoo at the University of Leicester and the impact on the learners’ experience.
Coming up with great ideas with learning technologies is the easy part, implementing the hard part. I hope to learn from the strategies mentioned and see what I use for my own pilot-projects.
Educational institutions increasingly search for new and effective ways of working and learning with mixed media. The speakers in this session present a range of mixed media approaches and initiatives for institutional learning environments. This will be followed by a debate about the actual value of technology for learning.
Can traditional forms of learning assessment meet the needs of 21st century customers? Skills are changing rapidly, learners expect innovation, and businesses want to know that individuals can deliver results. How can new technologies add value to assessment? Hear the arguments in this session and contribute your own during the debate.
I’m not sure what it’s going to be. The first appeals to me because of my job as a teacher trainer, this is the stuff that I want my students to learn. I would love to hear what Inge de Waardt has to say. Her blog is in my essential reading list. As is the blog of Wilfred Rubens who chairs this session. The second appeals to me because of my interest in 21st century learning and it’s effect on learning and education. We should re-design education. This session will give me food for thought, I hope. I’m also interested in this topic because of my involvement with digital portfolio’s and assessing via videoreflection.
Further to the pre-conference “School Forum”, this interactive session features primary and secondary school students and teacher trainees who will be discussing the use or lack of Web 2.0 tools in today’s schools. How can educational institutions successfully integrate formal and informal learning and effectively tap into open educational resources?
This session is chaired by Guus Wijngaards of the Centre of eLearning of INHolland University, my boss. He’s having students on the stage talking about the use of social media in the classroom. The students’ voice. I’ll be assisting of shooting a ‘Flipumantary’. Guus was talking about Stephen Heppell’s Be Very Afraid sessions. Should be fun.
This is the project I’m currently working on in my work for the Centre of eLearning of INHolland University. It’s a co-project with the University of Canberra.
This session analyses students’ and early career teachers’ views and expectations on learning with technologies. Guus Wijngaards and Kathryn Moyle look into possibilities for future developments and for new research to investigate how education can be transformed to meet students’ views, experiences and expectations.
More information on our website: Studentsvoices.org. I’ll be shooting a Flipumentary.
“How do we learn?” is a question which has been engaging scientists and practitioners for a long time. This session looks at the learning process from a neurological point of view, how multiple media inputs affect performance and enhance learning skills, and what role ICT-supported tools play in this discussion.
It so happens that the next masterclass of the master Learning & Innovation of INHolland University, of which I am one of the studycoaches, is about this topic. Learn and re-distribute! And Jay Cross is chairman of this session. Looking forward to this one.
Every educational organisation has a learning space, either virtual or physical. The physical learning space (with or without ICT) is an important element in the total learning design. Participants will engage in small round-table discussions in which they (learn how to) develop design principles for designing a learning space.
Interested in this session in my role as a teacher trainer. And because it’s a workshop, some active learning in the last session of the conference won’t do me any harm. I’m hoping I can contribute with my expertise.
This is my pre-selection. I’m open for last minute changes, letting the informal learner in me in total control.
Guus Wijngaards, lector eLearning van INHolland, mailde mij een link naar de site “A 21st Century Education” van de Mobile Learning Institute. Op deze site staan twaalf prachtig gemaakte mini-documentaires, profielschetsen van mensen who embrace and defend fresh approaches to learning and who confront the urgent social challenges that are part of a 21st century experience. Onderwerp van gesprek zijn ideeen over innovatie binnen en transformatie van het onderwijs.
Ik heb er een aantal bekeken. Interessant vond ik de korte film over Randall Fielding, die op basis van onderzoek over leren en millenial learners scholen ontwerpt. Hij ziet de school als een ‘stil curriculum’. Alan November in Myths and Opportunities: Technology in the Classroom doet interessante uitspraken over het gebruik van technologie in het onderwijs. Hij geeft aan dat docenten leren werken met de technologie niet het probleem is. Echter, het toepassen van ICT door docenten om het leren te ondersteunen, dat kost heel veel tijd.
Heppell explains how too many schools are still operating on models that were designed for the 19th century learner. In the new century, kids are drawn to new devices like iPods and cell phones, and to new modes of interacting like Facebook and twittering; teachers and schools have the opportunity to harness this natural fascination with technology by allowing and encouraging it to be used in the classroom. Indeed, even the notion of the classroom needs to be entirely re-imagined.
In de film wordt een bijeenkomst getoond van “Be Very Afraid”. Dit is een initiatief van Heppell waar leerlingen en studenten, van primair onderwijs tot hoger onderwijs, kunnen laten zien op welke manier zij nieuwe technologie in hun leren gebruiken. Heppell nodigt vervolgens allerlei gasten uit, van beleidsmakers tot kunstenaars, die in gesprek gaan met de jongeren. De Student’s Voice. Super initiatief.
Op de website van BVA kun je de resultaten van de bijeenkomsten bekijken. Bekijk ook eens de reflecties van Heppell op de bijeenkomsten. Inspirerende man.
Goed materiaal om te gebruiken ter inspiratie bij het debat over en het herontwerp van het onderwijs.
I like to visit conferences. I love learning new things or approaches during the ‘formal’ sessions, but it’s the informal part of the conference that’s really important for me. A couple of days of conference for me is one big ‘out-of-the-box-thinking’ exercise. It’s about getting inspired and being creative. And it’s about being able to fully concentrate on that proces, which for me is more difficult when I’m back at work. So when the Diverse 2009 provides a forum where you are invited to process creativity with other international learning professionals, in the form of the so-called Creative Concept Coffees, I’m having a cup.
It becomes more interesting when there’s an award to win: tickets and conference fees for the next Diverse in 2010, Portland, Maine, USA. I sat down at the table together with Marek Oledzki of Nottingham Trent University and Frank Westland of Tilburg University. We skipped a few sessions, processed a couple of ideas into one concept, which got nominated with four other concepts, prepared a pitch, pitched it and won the award by two votes! I love the informal part of conferences!
My partners Frank (left) and Marek (right) happy with the award
Bringing the students’ voice to Diverse So what was our winning concept? Bringing the students’ voice to Diverse. This needs some explanation. We noticed two things while attending the sessions. First, the community of Diverse is working really hard at providing innovative and creative learning environments, using visual technology to engage students in active learning. Second, the community is using more web 2.0 tools and social software, some of those we describe as ’their tools’.
More and more, we are using the informal tools and approaches of learners in a formal setting. There’s a risk-factor here, it’s not always a recipe for succes. There is much to be learned in blending the formal education with the informal learning of students. So basically we noticed learning professionals thinking for students, using their tools and approaches. But Diverse is not asking the students about their ideas about using these tools in education.
What can we learn from students in using visual technology for learning? What’s the students’ voice in using visual technology in education? We think that’s an important question to be asked by the Diverse community. The answers can give the Diverse community more focus, new insights or confirmations in developing visual educational resources.
My CCC notes (1)My CCC notes (2)
Media literacy
One other aspect we missed in the sessions of Diverse was the focus on media literacy skills, media smarts or “mediawijsheid” as we call it in the Netherlands. The Diverse community clearly understands today’s multi-media culture and all the resources it can bring for education, trying to engage the students. But it’s also about students learning to participate, learn and express themselves in this dynamic and rapidly evolving multi-media culture. Media literacy skills and media literacy pedagogy surely are a field of expertise for the Diverse community, we thought, discussing our concept at the Creative Concept Coffees. And again, what do students think of this. What part do they want education to play?
Students’ Voice
So the plan is to research the students’ voice about using visual technology in education. This is something I am familiar with, as I was part of a research project this year at the Centre of eLearning of INHolland University of Applied Science. In this project we researched the students’ voice of +2000 learners in primary, secundary, vocational and pre-service teacher education in the Netherlands. We asked them all kinds of questions about the technology they use while learning, in and outside school, and what they expect from education about using those tools in their learning process. It provided some interesting results (pdf). This research was obviously in the back of my head during our CCC-session, and the three of us build upon this further.
The plan The main question we ask ourselves is how can we facilitate the students voice at Diverse? Are we using the informal approaches and tools of the students in a formal educational setting? And if we are, is that appropriate? What do students think about using ’their’ approaches and tools? These, and other questions, amongst others, were the results of our CCC-session. Look for the mindmap below.
So how we go about this? We have untill November to prove we are serious with this and in March 2010 will be decided if the progress of the concept is on a level for presentation at the Diverse 2010. So it’s kind of a award with a catch. :) But we are willing to give it a go.
First step in august is to work out a plan. We’re thinking of creating surveys for and interviewing our students, maybe even use the network of the Diverse community. We’re thinking of writing a paper with the results and recommendations for the Diverse community. We are thinking of creating 10 profiles of students, who stand model for the different kind of learners the Diverse community is developing educational resources for. Ten profiles, because it’s the tenth anniversary of Diverse next year.
We’ll flesh it out in the coming months. I’ll keep you posted on my blog. We had fun though!
Mindmap This is the mindmap Marek, Frank and I worked on during the CCC-sessions.
The pitch In this YouTube video you can watch our pitch. We’re up second. There’s also a part 2.
Links
Tilburg University already posted the good news in one of their newsletters (in Dutch). i-Gadgets?
Mijn blog waarin ik aantekeningen, ideeën, gedachten en ervaringen verzamel. Over onderwijs, leren en creatieve technologie. Over projecten, evenementen en inspiratiebronnen. Over mijn eigen ontwikkeling als professional. Over gras dat groener is aan de overkant. Met hier en daar een off-topic momentopname.