Tag: informeel leren

  • Persbericht Invisible Learning Tour 7 & 8 maart 2011

    Leestijd: 4 minuten

    Hieronder het persbericht dat is verstuurd voor de Invisible Learning Tour 7 & 8 maart 2011. Ik ga maandag 7 maart naar Leeuwarden, en ga me bezighouden met de vraag wat het verhaal van invisible learning betekent voor de lerarenopleiding.

    Vanavond om 20:00 is er een pre-/teaser webinar waar we aan de hand van stellingen alvast opwarmen. Uiteraard is John Moravec aanwezig om zijn reactie te geven op de stellingen. Er heeft zich via Facebook al een internationaal gezelschap aangemeld. (meer…)

  • Rules of snake! Over een schoolbezoek. #speel #7di

    Leestijd: 3 minuten

    “Rules of snake”
    Toen ik in 2000 de Arthur Andersen Alameda Community Learning Center bezocht in kader van een studiereis werden we bij de receptiebalie ontvangen door twee learners. Of we een afspraak hadden? Eenmaal binnen viel mij het rooster op, een dagindeling op een vel papier, door learners gemaakt. Tijdens de rondleiding werden we voorgesteld aan de slang, door een learner meegebracht. Op het terrarium van de slang hing een bordje met daarop de ‘rules of snake‘. Vier regels die moesten bijdragen aan een lang verblijf van de slang op de school. (meer…)

  • De dimensies van formeel- en informeel leren

    Leestijd: 2 minuten

    Via een tweet van @dorinedocent kwam ik op de blog van Ronny Lohuis een interessante bijdrage over formeel en informeel leren tegen. Lohuis beschrijft formeel- en informeel leren via een aantal dimensies:

    1. Gepland vs. toevallig (de dimensie serendipiteit)
    2. Gestuurd vanuit cursist of vanuit de docent/organisatie (de dimensie sturing)
    3. Alleen, geïsoleerd vs. met en in een groep leren (de dimensie sociale structuur)
    4. In of buiten de situatie waarin het toegepast kan worden (de dimensie context)

    Hij gebruikt dit model om werkvormen en leersituaties in af te zetten, om vandaar uit bewust keuzes te kunnen maken over verdere uitwerking en ondersteuning. Een praktisch, bruikbaar model, die we in een iets andere vorm ook hebben toegepast in het onderzoek Students’ Voices II.

    Bij informeel leren gaat het om incidenteel leren, het leereffect komt van een onbedoelde opbrengst van een activiteit. Bij formeel leren gaan we uit van een ontwerp, met vooraf bepaalde leerdoelen, waar volgens mij ook altijd sprake is van ’toevallig leren’. Als je kijkt naar de context van de school dan is er altijd sprake van een combinatie. En binnen de context van school is er bij informeel leren altijd sprake van een intentie.

    De dimensie ‘sturing’ blijft interessant. In deze dimensie wordt zichtbaar bij wie het vertrekpunt van leren ligt, bij de lerende of de docent. Ik ben zelf een docent die zoveel mogelijk ‘uit de weg van het leren van de lerende’ probeert te gaan, daarmee ruimte scheppend voor informele leerprocessen bij de lerende, met als resultaat een groter leereffect en eigenaarschap over het geleerde. Maar omdat te bereiken moet ik de juiste voorwaarden scheppen. Of niet? Heerlijk onderwerp dit.

    Afbeelding:business-strategy-innovation.com

  • Students’ Voices II: Onderzoek naar succesvolle leerpraktijken met web 2.0

    Leestijd: 4 minuten

    ‘Lang, lang geleden’, deed ik op deze plek een oproep naar leerpraktijken die op een succesvolle wijze web 2.0 technologie inzetten. Het lectoraat eLearning was op zoek naar de kenmerken van deze succesvolle leerpraktijken en vroeg zich af of en welke van die kenmerken geschikt zouden zijn voor het herontwerpen van leepraktijken in vergelijkbare- en minder vergelijkbare situaties.

    Daar zat ook nieuwsgierigheid in naar de vraag in welke mate  de ‘affordances’ van web 2.0 technologie zouden bijdragen aan gedeeld eigenaarschap tussen lerenden en docent/begeleiders: co-creatie!

    Het onderzoek, onder de noemer van het internationale ‘Students’ Voices project, is afgerond en heeft geresulteerd in de beschrijving van vijf verschillende casussen incl. bijbehorende ‘flipumentaries’.

    Casussen
    De oproep leverde een respons op van ongeveer 30 casussen. Uit deze longlist volgde een shortlist, en daaruit een selectie van casussen. Na introductiegesprekken en een documentstudie hielden we met de betrokkenen (lerenden en docenten/begeleiders) half-open interviews op basis van een analyse- en evaluatiekader. Hieruit volgde een casebeschrijving en een cross-case analyse.

    De vijf casussen die we hebben beschreven zijn:

    1. Knowmads, een ‘school voor de talented outcast’, waar ondernemerschap, sociale innovatie en leren door doen centraal staat;
    2. GNR8, een leerwerkbedrijf van Hogeschool Inholland, die ‘student generated’ mediaprojecten uitvoeren voor het bedrijfsleven;
    3. Hairlevel XL, een visueel zeer aantrekkelijke online leeromgeving voor leerlingen die de kappersopleiding volgen;
    4. Gamemuseum in Delicious, een initiatief van een docent die zijn studenten via social bookmarking een ‘gamemuseum’ inricht;
    5. Mees’ podcasting, de ‘bijna altijd’ wekelijkse radiopodcasts van Maarten Hendrikx met zijn leerlingen (in combinatie met Twitter).

    Succesfactoren
    Kort over de resultaten (voor een uitgebreid verslag verwijs ik u naar de rapportage). U ziet hem wellicht aankomen, er is geen eenduidige succesformule aan te wijzen! Maar dit zijn de de succesfactoren die de leerpraktijken met elkaar delen. En nogmaals, deze factoren zijn aangegeven in de interviews met de betrokkenen, waaronder ook de lerenden. De students’ voice komt hierin terug.

    1. Bij alle leerpraktijken is er sprake van intrinsieke motivatie. Lerenden geven duidelijk aan een bepaalde mate van mede-eigenaarschap over de leerpraktijkte ervaren. Er is sprake van co-leren, er wordt mede vorm gegeven aan het leerproces en leerproduct;
    2. De leerpraktijken sluiten nauw aan bij de praktijk en de belevingswereld van de studenten. De leerpraktijken zijn authentiek! Echt! Er is sprake van leren door doen. Dit activeert de lerenden, en draagt vervolgens weer bij aan motivatie en eigenaarschap;
    3. Er worden veilige leeromgevingen gecreëerd, waar leerlingen verantwoordelijkheid krijgen. Bij de ene leerpraktijk vindt er op dit terrein meer sturing plaats dan andere, maar dat hoeft niet af te doen aan de mate van eigenaarschap die de lerenden ervaren. Belangrijk bij deze succesfactor is het vertrouwen dat lerenden krijgen van hun docenten/begeleiders. Hierdoor ontstaat ruimte voor creativiteit, zelf-ontplooiiing en betrokkenheid;
    4. De web 2.0 technologie is alomtegenwoordig en laagdrempelig in gebruik. Lerenden kunnen de tools inzetten op een wijze die het best aansluit bij hun persoonlijke leervoorkeuren. Als de didactische strategie o.a. de drie bovenstaande succesfactoren bevat, dan wordt zichtbaar dat de inzet van web 2.0 de actieve betrokkenheid bij het vormgeven van de leerprakijk versterkt. De inzet en de gebruikte functies van web 2.0 wordt wel sterk bepaald door de organisatie van de leerpraktijk, die van formeel tot informeel kan zijn. Interessant in dit geval is de casus Hairlevel XL, die niet zozeer de bekende web 2.0 technologie inzetten binnen het curriculum, maar de functionaliteiten en visie daarachter ‘adopteren’ en vormgeven in een ‘veilige, afgesloten’ leeromgeving. Een formele benadering, maar zeer taakgericht en dat draagt zeker bij tot een mate van succes.
    5. Alle betrokken docenten en begeleiders zijn ervaren gebruikers van de web 2.0 technologie. Het zijn voorlopers die durven experimenteren met technologie, en daar ook de ruimte voor krijgen/nemen. Het zijn vooral didactici die het individuele leerproces van de lerenden voorop hebben staan, en kennis hebben over hoe web 2.0 in te zetten om dit leren te bevorderen. Het zijn docenten die open staan voor samen leren en vertrouwen hebben in de lerenden.

    Matrix
    In de cross-case analyse hebben we vervolgens getracht de leerpraktijken te typeren. Dit hebben we gedaan vanuit de aanname dat de inzet van web 2.0 technologie bijdraagt aan mede-eigenaarschap, dat de basis is voor co-creatie en co-productie in de leerpraktijken. Is de lerende volledig eigenaar, dan is er sprake van informeel leren, dat we ook zien als een van de aspecten van web 2.0.  Hoe meer ruimte de lerende krijgt om de leerpraktijk mede vorm te geven, en hoe groter de rol van Web 2.0-technologie, hoe meer er wellicht sprake kan zijn van informeel leren. Hoe minder er sprake is van een vooraf ontworpen leerpraktijk en hoe meer dat afhankelijk is van een proces, hoe groter het aandeel is van informeel leren is en hoe groter het aandeel mede-eigenaarschap wordt. En dat zie je o.a weer terug in hoe de lerenden en hun docenten/begeleiders de web 2.0 technologie gebruiken, namelijk meer functies en ter ondersteuning van een groter gedeelte van het leerproces.

    Overdraagbaarheid
    De overdraagbaarheid van de succesfactoren van de verschillende casussen is een lastig verhaal. De leerpraktijken kennen hun specifieke context. Het succes van de leerpraktijken wordt bepaald door de betrokkenen, die geven de leerpraktijk een uniek karakter mee. Bovendien is er sprake van maatwerk. Als we het hebben over overdraagbaarheid dan moet je de genoemde succesfactoren eerder  als voorwaarden en ontwerpprincipes nemen in het ontwerp van leerpraktijken in vergelijkbare en minder vergelijkbare contexten.

    Ten slotte
    Lees het volledige rapport hier. Op dezelfde site treft u ook de bijbehorende filmpjes aan die door studenten van GNR8 (Sammy & Dave) zijn gemonteerd en bestaan uit o.a. Flip-opnames die we hebben gemaakt ten behoeve van het onderzoek. In deze filmpjes hebben we getracht zoveel mogelijk de students’ voice naar voren te laten komen. Hieronder treft u een presentatie aan die we hebben gebruikt tijdens de Dag van het Onderzoek van Inholland op 4 november 2010.

    Het is het tweede Students’ Voices onderzoek waaraan ik heb mogen meewerken, en ben eigenlijk weer verrast door de meningen en de beleving van de leerlingen en de studenten als het gaat om vormgeven van onderwijs. Het is ook niet voor niets dat we onderwijsinstellingen het advies geven om ruimte te bieden voor nieuwe initiatieven die samen met de leerlingen en de studenten worden ontwikkeld.

    De kans is groot dat er een innovatieve leerpraktijk onstaat en dat de technologie ook daadwerkelijk wordt ingezet en bijdraagt aan de kwaliteit van leren.

  • Studenten maken kennis met het SMARTboard

    Leestijd: < 1

    Tijdens de training eLearning op de School of Education Amsterdam grepen drie enthousiaste studenten de kans om even met het SMARTboard te werken. Even aan elkaar laten zien wat er mogelijk is. Experimenteren, informeel leren.

    Daar kan je alleen maar even je camera opzetten en dan niets doen! Later nog wat hide & reveal trucjes laten zien aan de dames, om wat meer mogelijkheden van het SMARTboard in de les op hun netvlies te krijgen.

    Studenten testen het SMARTboard from Jeroen Bottema on Vimeo.

    Photo & video van Jeroen Bottema, met toestemming van de studenten

  • Kennismaking met Open Space Technology

    Leestijd: 4 minuten

    Gisteren bezocht ik Fill The Gap 7, een zogenaamde Open Space bijeenkomst. In een blogpost eerder deze week schreef ik hier al over, maar kan deze nu aanvullen met ervaringen. Ik was nog niet bekend met Open Space bijeenkomsten of Open Space Technologie, maar wat mij betreft is het voor herhaling vatbaar: een creatieve chaos, mensen die open staan om te leren en te delen en met elkaar oplossingen zoeken voor complexe vraagstukken. Een mix van netwerken en informeel leren. Of zoals Hanno van der Steen, die de Open Space sessie gisteren leidden, zei: “It’s like a very long coffeebrake, where you talk about the things that inspire you”.

    (meer…)

  • Informeel leren onder druk?

    Leestijd: 4 minuten

    Voor de zomervakantie kwam ik student Stef Maas (eerder op dit blog geintroduceerd) tegen in de wandelgangen. Stef is in en om zijn studie en onderwijsstage met van alles bezig en vindt het jammer dat hij en zijn medestudenten van andere opleidingen zo weinig in de gelegenheid zijn om ervaringen met elkaar uit te wisselen. En geïnspireerd door de IPON-editie van de TeachMeetNL die hij bijwoonde stelde hij voor om daar wat aan te doen. We hebben daar, samen met een aantal creatieve en innovatieve ICTO-ers, recent over gebrainstormd. (meer…)

  • Flipping World Simulations

    Leestijd: 3 minuten

    Anti-Teaching coverIk las vorige week het artikel Anti-teaching: Confronting the Crisis of Significance” van Michael Wesch. Ik vind het leuk dat, als je een artikel leest waardoor je geïnspireerd raakt, je allerlei ideeën krijgt. Het ene idee leidt tot het andere. Free flow of thoughts. Nadat ik het gelezen had, snel wat trefwoorden in m’n Ipod getikt zodat ik deze nu kan uitwerken op m’n blog. Want daar heb ik ‘m voor.

    Wesch schrijft in het artikel over het gebrek aan betekenisvol onderwijs:

    The most significant problem with education today is the problem of significance itself. Students – our most important critics – are struggling to find meaning and significance in their education.

    Wesch maakt dit glashelder in een video die hij samen met zijn studenten heeft gemaakt, A Vision Of Student’s Today. Deze video staat op YouTube en is op moment van schrijven ruim 2,8 miljoen keer bekeken. Bekijk de video, lees het artikel. Het komt heel dichtbij!

    World Simulation
    Wat mij inspireerde was het laatste stuk van het artikel waar Wesch waar hij verteld over zijn World Simulation. In deze opdracht lopen studenten een totaal andere wereld in als ze het klaslokaal inlopen. Er ligt een grote wereldkaart op de vloer. Studenten spelen allemaal een bepaalde expert over een bepaald deel of onderwerp van de wereld. De opdracht? Bedenk hoe de wereld in elkaar steekt. Studenten moeten een twee uur durende simulatie van 500 jaar geschiedenis ontwikkelen. De studenten leggen dit vast op video en monteren deze met fragmenten van echte geschiedenis. Gezamenlijk bekijken en bespreken ze de video.

    Macht en ongelijkheid
    Dat zou ik bij mij op school ook kunnen doen. Wij hebben een blok in het leergebied Mens & Wereld over Macht en ongelijkheid. We zouden de World Simulation van Wesch zo over kunnen nemen. Wereldkaart, groepen studenten vertegenwoordigen verschillende aspecten en actoren in het kader van Macht en ongelijkheid en ontwikkelen een simulatie over de laatste 500 jaar. Of misschien zelfs de laatste 50 jaar. Studenten gebruiken Flips om de simulatie op te nemen en monteren deze afgewisseld met echte beelden.

    Beelden van onderwijs
    Wat ook tof zou zijn is om onderwijs de context laten zijn. Studenten hebben in het begin van onze opleiding een blok over Beelden van onderwijs, met als doel om het huidige onderwijs in Nederland te bestuderen. Nu geen wereldkaart op de grond maar een ‘echt klaslokaal’ simuleren. Hoe denken studenten hoe het onderwijs werkt? Welke ideeën/visie hebben zij over verschillende aspecten van onderwijs? Hoe zien zij de rol van docent en leerling? Noem maar op. Studenten nemen elkaar op met de Flip en ontwikkelen een simulatie. Vervolgens gaan ze op hun stageschool de werkelijke situatie filmen (na toestemming van de school uiteraard), en deze beelden monteren ze in hun simulatie. Wat zijn de verschillen, wat zijn de overeenkomsten, klopt het beeld? Interessante opdracht.

    Belangrijkste elementen van de World Simulation zijn dat de studenten hun eigen omgeving ontwikkelen en daar ook eigenaar van zijn. Deze werkvorm dwingt studenten om goede vragen te stellen, out of the box te denken te zijn en verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen leerproces. De docent moet dit proces begeleiden, niet tegenhouden door ‘les te geven’. Deze werkvorm draait om the quality of learning, rather than de quality of teaching (Wesch, uit z’n artikel). De student werkt actief aan betekenisvol onderwijs. Yeah!

Mijn blog waarin ik aantekeningen, ideeën, gedachten en ervaringen verzamel. Over onderwijs, leren en creatieve technologie. Over projecten, evenementen en inspiratiebronnen. Over mijn eigen ontwikkeling als professional. Over gras dat groener is aan de overkant. Met hier en daar een off-topic momentopname.

Designed with WordPress