• TedxTalk Paul Natorp: “…an important job is to untame our students” (en de beste wensen voor 2011!)

    Leestijd: 2 minuten

    Een inspirende bijdrage van Paul Natorp op TedxBilbao (hoewel hij wel even op gang moet komen). Natorp beschrijft wat hij geleerd heeft over onderwijs en zijn rol als ‘educator’ vanaf de tijd dat hij bij KaosPilots in Denemarken betrokken raakte.

    …and what I discovered was that if we want to create a space for people to grow and really learn it matters a lot how we think about each other and how we look at each other. And this was probably one of the most powerful interventions I’ve done in my professional life as an educator. I shared my own vulnerability and my desire to learn with my students. And most importantly I chose to look at them as creative, resourceful and whole human beings that are worthy of responsibility and trust. And are capable of finding good solutions themselves.

    Natorp pleit voor een school dat vooral een plek van vertrouwen, respect en ondersteuning moet zijn. Respect voor elkaars dromen, vertrouwen dat deze dromen tot realiteit gemaakt kunnen worden en ondersteuning voor de jongeren om deze grote stappen in het onbekende te durven maken.

    So what I’ve learned is that as teachers we must get out of the way of our students and we must stand by their side to support them.

    As educators and teachers it is not our job to tame our students. I believe that an important part of our job is to untame our students, to help them to express who they are, use their talents and find food themselves.

    Dit raakt mijn passie voor onderwijs en leren. En als lerarenopleider zal ik in 2011 weer mijn uiterste best doen om de passie en talenten van mijn studenten centraal te stellen en ze helpen om creatieve en innovatieve docenten te laten worden.

    Ik wens iedereen een leerzaam 2011 toe! Vol dromen en in alle gezondheid!

    PS. Kaospilots in Nederland kennen we als Knowmads. Luister hier bijvoorbeeld eens naar Naomi en Pieter Spinder.

    (Via “Is het nu Generatie X, Y of Einstein“)







    Afbeelding: gever tulley @Flickr

  • Ehm…wow? “Creativity in Education (Introduction)”

    Leestijd: < 1
    Een fantastische prezi van Derek Jones over creativiteit in het onderwijs:
    A brief introduction into why creativity is important in education and throughout our lives- as well as a few pointers on what it is (and isn’t!). There’s even a few simple, practical things you can do to become more creative yourself.
  • Weinig gebruik van ICT in de les? Geef docenten maar de schuld.

    Leestijd: 3 minuten

    …increasing the access of students to machines, from 125 students per computer to currently less than 4:1 does not automatically lead to teachers and students using computers for instruction routinely.  Access to an innovation, then, does not mean frequent teacher use in classrooms.

    Larry Cuban vergelijkt in “Blaming Doctors and Teachers for Underuse of High-Tech Tools” de situatie in het (Amerikaanse-) onderwijs met een voorbeeld uit de Amerikaanse gezondheidszorg. Het blijkt dat ziekenhuizen en artsen zog. ‘Electronic Health Records (digitaal patientvolgsysteem) nauwelijks of maar gedeeltelijk toepassen in de dagelijkse praktijk, ondanks de belofte dat deze systemen ‘de kwaliteit van zorg zouden verbeteren’. Artsen zien het blijkbaar niet als de oplossing, want vinden dat het niet efficiënt werkt, hebben moeite met de vaak complexe systemen, zijn kritisch over de kosten en vinden dus dat het onvoldoende aansluit bij de dagelijkse medische praktijk.

    Ondanks het feit dat deze applicaties door IT-bedrijven worden gemaakt, en het maar de vraag is hoe diep hun inzichten zijn in de dagelijkse medische praktijk, krijgen de artsen de schuld van het niet gebruiken van de applicaties. Hij noemt drie oorzaken:

    1. Te hoge verwachtingen van de resultaten van de technologie in handen van de artsen en docenten. Het gaat om dure technologie, hoge investeringen, dus de gebruikers moeten het wel omarmen als de oplossing! Als dan blijkt dat het gebruik tegen valt, dan bieden de docenten en artsen weerstand.
    2. Dergelijke ICT-toepassingen zijn gericht op het efficiënter registeren en uitvoeren van handelingen, terwijl dat zeker in het begin veel tijd en energie vergt om er op die wijze mee om te gaan. Dat kan dan de dagelijkse praktijk domineren, terwijl de focus juist moet liggen op het opbouwen van een vertrouwensrelatie met de patiënten en  leerlingen. En voor vertrouwen en respect heb je niet perse een ICT-toepassing nodig. Een reden waarom docenten en artsen terughoudend kunnen zijn.
    3. De ontwikkelaars van de IT -toepassingen hebben vaak geen compleet beeld van de dagelijkse praktijk van een docent of arts. Zij ontwikkelen de applicaties ‘in een andere cultuur’ en zijn gebonden aan andere regels. Met als gevolg dat de applicatie onvoldoende aansluit bij de dagelijkse praktijk.

    Het lijkt me helder dat artsen en docenten in deze gevallen ten onrechte beschuldigt worden en dat hun expertise veel beter benut moet worden in het ontwikkelen van medische- en educatieve ICT-toepassingen.

    Ik ben niet helemaal gelukkig met het voorbeeld van een digitaal patientvolgsysteem dat Cuban gebruikt.  Een dergelijke toepassing, waar de focus vooral op die van de organisatie en administratie ligt, kun je niet zomaar vergelijken met ICT-toepassingen ten behoeve van instructie in het klaslokaal. Dan hebben we het vooral over ICT-toepassingen met een leerfunctie, die kennisverwerving en kennisconstructie van leerlingen ondersteunen en versterken.

    Zijn er dan, naast de drie bovenstaande oorzaken, andere oorzaken aan te wijzen waarom docenten vaak de schuld krijgen van het weinig inzetten van ICT-toepassingen? Het ontbreken van voldoende ICT-vaardigheden bij docenten vind ik te gemakkelijk. Cuban heeft het in zijn verhaal bijvoorbeeld over artsen en docenten die thuis wel volop gebruik maken technologie.

    1. Docenten hebben onvoldoende kennis en/of zijn onzeker over hoe de technologie in te zetten om leerprocessen effectief te ondersteunen (digitale didactiek, arrangeren met digitale leermiddelen). Er is dan onvoldoende bewijskracht voor de docent dat de ICT-toepassing echt meerwaarde heeft, het ontbreekt aan overtuigende succeservaringen.
    2. Inzet van technologie past bij een instructiemodel waar de leerling meer architect is van zijn eigen leren en waar de docent de rol van begeleider en coach heeft. Docenten kunnen moeite hebben om het vaak  ‘veilige’ docent- en vakgestuurde instructiemodel los te laten, door gebrek aan kennis en vaardigheden, onvoldoende ondersteuning door de schoolleiding of door ontbreken van de wil.
    3. Docenten krijgen onvoldoende tijd en ruimte van de schoolorganisatie om de ICT-toepassingen op een verantwoorde wijze in te zetten. Het toepassen van ICT vraagt een andere voorbereiding dan een ’traditionele les’ en kost zeker in het begin vaak meer tijd. Dit wijst ook op het ontbreken van een goede visie op het leren met behulp van ICT bij de schoolleiding. De schoolleiding moet ruimte en ondersteuning bieden voorvoor experimenten en onderwijsontwerp.

    Zijn er meer oorzaken? Het vingertje wijzen naar de docenten is te makkelijk. Belangrijk is dat de schoolleiding een duidelijke visie ontwikkeld over leren met en door ICT op de school en dat ook communiceert naar de collega’s. Het gaat hier om veranderingstrajecten, om de ontwikkeling van een kritische community of practice. Ik vind dat dergelijke trajecten al op de opleiding beginnen.

    (Op iLearn2011 zal een student een sessie verzorgen over hoe het komt dat er vaak drempels worden ervaren door docenten bij het gebruik van ICT, soms zelfs zichtbaar in frustratie. Dat inspireerde mij tot het schrijven van deze blogpost.)

    Afbeelding: a2gemma @Flickr

  • Transfer van kennis in virtuele omgevingen

    Leestijd: 3 minuten

    In het onderwijs, bedrijfsleven en bijv. hulp-organisaties wordt gebruik gemaakt van virtuele simulatie-omgevingen, waar complexe scenario’s getraind kunnen worden in een veilige omgeving. Deze virtuele trainingsomgevingen worden steeds levensechter, waardoor er meer fysieke overeenkomsten ontstaan met de werkelijke wereld. En hoe meer de virtuele wereld op de echte lijkt, hoe beter de opgedane kennis en vaardigheden in die virtuele omgevingen overgedragen kunnen worden naar de echte. Wat betreft Guy Boulet in een al wat ouder artikel (maar die toch deze week in mijn feedreader opdook) in eLearn Magazine moet er een ander accent komen op die levensechtheid. (meer…)

  • Tedx Talk Diana Laufenberg: leren van je fouten

    Leestijd: < 1

    Collega Maarten Terpstra (GNR8) tipte mij via Yammer op de Ted Talk van Diana Laufenberg, een docent ‘American History’ in Philadelphia. Goed onderwijs gaat volgens haar om ‘experiental learning‘ (leren door doen), ‘empowering the students’ voice‘ en ‘embracing failure‘. Het onderwijslandschap is volgens haar verslaafd aan ’the culture of the one right answer’. De boodschap dat lerenden geen fouten mogen maken is een verkeerde!

    Because learning has to include a amount of failure, because failure is instructional in the proces

    ..what learning can look like in a landscape where we let go of the idea that kids come to school to get the information but instead ask them what they can do with it. Ask them some really interesting questions, they will not dissapoint! Ask them to go to places, to see things for themselves, to actually experience the learning, to play, to inquire.

    We [onderwijs] know how to this better, and it’s time to it better!

    De boodschap onderschrijf ik en inspireert mij, net als haar enthousiasme!

    Afbeelding: elycefeliz @Flickr

  • Braintweets

    Leestijd: 4 minuten

    Wat ik als studiebegeleider van de masteropleiding Leren & Innoveren in ieder geval een feestje vind zijn de expertmeetings. Afgelopen vrijdag verzorgde Lydia Krabbendam, associate-professor neuropsychologie aan de VU, een gastcollege over ‘leren en het brein’. Een erg boeiend college, ook in de context van de ‘hype’ van breinleren of brain-based learning. U had erbij moeten zijn. Gelukkig hebben we de tweets nog. Een selectie.

    • #inhmli Neurowetenschap kan alleen iets betekenen voor onderwijs, als de wetenschappers in dialoog gaan met het onderwijs. (link)

    De neurowetenschap helpt ons om meer inzicht te verkrijgen in ‘leren’. Echter, leren gebeurt met name in de sociale context. Inzichten in het brein zijn voor het onderwijs alleen relevant als de neurowetenschap deze samen met het onderwijs in de juiste context plaatst. Het onderwijs moet hier initiatief in nemen, volgens mij. Ik de ‘hype rond het puberbrein’ lijkt het mij goed om op zoek te gaan naar bewijskracht.

    • #inhmli Ander voorbeeld ‘neurobubble’: onderzoek met ratten die in een uitdagende omgeving meer connecties vormen, niet vertalen naar lln. (link)

    Krabbendam geeft aan dat er veel ‘neuromythes’ zijn. Een voorbeeld hiervan zijn de afbeeldingen waarin je de hersenactiviteit ziet. Deze beelden komen tot stand via een berekening, je ziet meestal maar een klein deel van de hersenactiviteit, terwijl in werkelijkheid overal activiteit gemeten wordt. Maar daarom zeggen we wel vaak dat we maar 10% van onze hersenen gebruiken en dat is niet waar. Een andere mythe is dat een uitdagende omgeving tot meer prikkels leidt in de hersenen en dat er daardoor meer verbindingen ontstaan. Dit komt voort uit onderzoek met ratten, die inderdaad meer connecties vormen in een uitdagende omgeving. Maar, zegt Krabbendam, dat moet je niet zomaar vertalen naar kinderen. Sterker nog, teveel prikkels kan een negatieve werking hebben.

    • #inhmli “Baby’s kunnen gezichten van apen herkennen”, maar na periode van 6-9 maanden verliezen ze dat vermogen. Namelijk niet relevant. (link)

    Dit soort feiten komen toch net iets anders aan, als jonge vader. :) Maar het geeft aan hoe belangrijk de sociale context is en hoe het brein zich daarop aanpast.

    • #inhmli “Basisvaardigheden om te plannen onstaan al vanaf het eerste jaar”. Controle over aandacht, regels, informatie vasthouden, bewerken (link)

    Wij mopperen vaak dat ‘die pubers’ niet kunnen plannen. Echter, de basisvaardigheden ontstaan al in eerste jaren, en ontwikkelen door  tot in de vroege volwassenheid.

    • #inhmli “Betere metacognitie leidt tot betere prestaties”, mits ze de extra stap maken om metacognitieve kennis ook toe te passen. (link)

    De ontwikkeling van metacognitie is op jonge leeftijd al aanwezig. Er is wel een extra stap nodig om die kennis ook daadwerkelijk toe te passen. Krabbendam haalt een voorbeeld aan van 9-jarigen die het nut inzien van categoriseren, maar het toepassen er van echt aangeleerd moeten krijgen. Het onderwijs heeft een grote rol in het stimuleren van  ‘leren leren’.

    • #inhmli Waarom zoveel aandacht voor ‘puberbrein’. “Het is ook echt een andere fase, ‘ze zijn hun eigen soort’” (link)

    Aha!

    • #inhmli Ontwikkelingen hersenen adolescenten: “Je hebt een auto, maar nog geen rijbewijs”.(link)

    Door hormonale veranderingen in de pubertijd ontwikkelen de emotionele gebieden in de hersenen zich. De gebieden die dat moeten reguleren, die zitten in de prefrontale kwab, ontwikkelen zich echter langzamer. Dat verklaart waarom adolescenten het bijvoorbeeld lastig vinden om keuzes te maken (iets wat wij in het onderwijs vrij vroeg van ze vragen). Adolescenten redeneren hetzelfde als volwassenen, maar integreren het slecht met hun emotie: “Mij overkomt dat niet”. Het verklaart waarom adolescenten experimenteren en exploreren: dat ontstaat uit de emotionele ontwikkeling van de hersenen.

    Wat is vervolgens de rol van het onderwijs als ‘prefrontale kwab’ voor leerlingen? Regels stellen (is een cognitieve benadering) gaat dus niet altijd aankomen, belangrijk is wel dat je in contact blijft met de adolescenten.

    • #inhmli Peer-pressure heeft een enorm effect op risico bereidheid van adolescenten. Leidt tot veel meer activatie in beloningsgebieden. (link)

    In een test waar adolescenten moesten beslissen of ze door oranje zouden rijden, met de kans dat het stoplicht op rood zou springen met een crash als gevolg,  zijn ze veel voorzichter dan in een zelfde situatie maar nu met een leeftijdgenoot die ernaast zit. Er worden meer risico’s genomen! Er zijn beloningsgebieden in de hersenen die dan gestimuleerd worden. Emoties hebben enorme invloed op prestaties. Belonen, wat ook een compliment van de docent kan zijn, leidt tot betere prestaties.

    • #inhmli “Motivatie is besmettelijk!” Zien dat iemand anders gemotiveerd is leidt tot meer inzet en betere prestatie, zelfs bij andere taak (link)

    Tweet van de dag! Wij hebben een basale neiging tot immitatiegedrag (heeft te maken met een spiegelneuron dat geactiveerd wordt bij de uitvoer van een handeling, en bij het zien uitvoeren daarvan). Doe je niets aan. We kunnen het wel onderdrukken. Gaap.

    • #inhmli NL hecht aan stereotype idee: We denken dat jongens het beter doen in de beta vakken, en doen het daarom ook beter! Hoe kan dat! (link)

    Er is onderzoek gedaan naar verschillen naar  prestaties tussen jongens en meisjes. Inderdaad, jongens presteren op het beta terrein iets beter dan meisjes. Maar de verschillen zijn heel erg klein, toch heeft dit in Nederland enorme gevolgen voor de studiekeuze. Dit wordt veroorzaakt door stereotypering van jongens en meisjes. We denken dat jongens het beter doen, en daarom doen ze het ook beter. Zelfs als het niet uitmaakt wat je doet, doe waar je goed in bent, wordt dat beïnvloedt door de stereotypering.

    Meer tweets van deze masterclass kun je  bekijken in dit tweetdoc (pdf).

    Afbeelding: linguafrancafoundation

  • TPACK op de ADEF ICT conferentie

    Leestijd: 3 minuten

    Op de ADEF-ICT conferentie 9 december j.l. bezocht ik de sessie over TPACK, verzorgd door Petra Fisser. Een zelfde soort sessie had ik al eens meegemaakt op de VELON studiedag, verzorgd door haar collega Joke Voogt. Wat kan ik zeggen? Ik ben fan van het model (met name het plaatje). Ik heb zelfs een TPACK shirt.

    Ik verdiep mij in dit model omdat het een belangrijk uitgangspunt is voor de implementatie van de kennisbasis ICT op de lerarenopleiding. De ADEF werkgroep ICT onderkent dit ook en neemt dit model mee in het uitwerken van een nieuwe versie van de kennisbasis ICT 2.0. Zodat ‘er meer vlees op het geraamte komt’, stelde Henk Fuchs (voorzitter van de werkgroep).

    TPACK: niets nieuws
    Het TPACK-model visualiseert de kennisdomeinen vakinhoud, didactiek en technologie en de interactie tussen deze domeinen. Het maakt voor docenten inzichtelijk welke kennis je nodig hebt om ICT in leerpraktijken te integreren, rekening houdend met de context van die leerpraktijk. Het model is bedoeld om docenten vanuit een onderwijsgerichte benadering na te laten denken en keuzes te maken over de inzet van technologie. Dat is geen nieuw verhaal toch? Dat bevestigd Petra Fisser in de sessie, maar volgens haar heeft het gebruik van het model twee voordelen:

    1. Het model maakt snel inzichtelijk waar het over gat, ook voor collega’s die zich niet bezighouden met de integratie van ICT;
    2. Het model kent een positief uitgangspunt. Het gaat uit van de expertise van de docent op het gebied van vak en didactiek.

    Ik gebruik het model in mijn trainingen ‘eLearning’ voor studenten van de lerarenopleiding. Zij ervaren het als prettig om vakinhoud en didactiek als vertrekpunt te nemen (bekend, veilig, ‘normaal voor een docent’) om op basis daarvan keuzes te maken over de inzet van technologie (vaak nog onbekend, vaak als drempel ervaren, ‘wat is het nut?’). Er ontstaat beleving en meer zelfverzekerdheid, vooral als ze zien hoe krachtig de technologie kan zijn in het verbinden van leerlingen met de leerinhoud.  Studenten gaan anders tegen ICT in het onderwijs aan kijken. ICT als hulpmiddel, niet als doel.

    Ik waardeer dit model dus ook vanwege zijn ‘veranderkundige’ kwaliteiten, belangrijk  bij de implementatie van de kennisbasis ICT in de opleiding. Want het is maar de vraag hoe ‘TPACK-bekwaam’ zijn docenten op dit moment? En hoe zit het bij mij zelf?

    TPACK: The Game
    In de sessie speelden we ‘TPACK: The Game“. Op basis van drie gegeven strookjes met ieder een item (vakinhoud, didactiek en technologie) bedenk je met elkaar een lesidee die aansluit bij de drie domeinen.  Het gaat om de discussie die dit uitlokt, het maakt het keuzeproces transparant. Het is een krachtige interventie in het spel als je de opdracht krijgt om het item op strookje technologie  te vervangen voor een hulpmiddel die je beter vindt passen bij de leerinhoud en didactiek. Zou je bijvoorbeeld altijd kiezen voor ICT? In het spel is er wel ruimte voor een ‘uitbreidingsset’, er mist een ‘cirkel’ van context waarop je de strookjes plaatst. Maar dat is snel genoeg opgelost, het is een goed spel om met studenten en collega’s te spelen, levert waardevolle discussies en er ontstaat gezamenlijk draagvlak.

    TPACK en de kennisbasis ICT
    Fisser stond stil bij de koppeling van TPACK met de kennisbasis ICT. Ze haalde het onderzoek “TPACK in de lerarenopleiding” aan, waar gekeken is naar de effectiviteit van strategieën voor de ontwikkeling van TPACK bij toekomstige docenten. Een van de risico’s is dat de aandacht te veel gericht is op de afzonderlijke kennisdomeinen, en niet op de integratie van en de interactie tussen de drie domeinen. In het model verschuift het domein technologie ‘boven’ het vakinhoudelijke- of didactische domein.

    De vraag die gesteld moest worden was natuurlijk deze: “Is er wel een kennisbasis ICT nodig? Zorgt TPACK niet voor integratie van ICT in de bestaande kennisbasissen van de vakken?” Volledige integratie is een mooie wens, maar vooralsnog niet de realiteit. Het ‘lijstje’ van de kennisbasis ICT geeft de afzonderlijke opleidingen een duidelijke houvast en voorlopig ook de enige.

    De indicatoren van de kennisbasis ICT zijn met name gericht op de domeinen techniek (TK) en het inzicht om de didactische uitgangspunten met technologie te ondersteunen (TPK). De kennisbases van de vakopleidingen richten op de interactie tussen leerinhoud en didactiek (PC, de vakdidactiek) en de interactie tussen technologie en leerinhoud (TC).

    Hieronder de presentatie die gebruikt werd op de Velon studiedag, maar ik dacht dat deze nagenoeg hetzelfde was als die van op de ADEF ICT conferentie.

  • Free lecture van Knowmads: The Best Job Title In The World

    Leestijd: 2 minuten

    Tot voor kort was ik op zoek naar de juiste titel voor mijn activiteiten bij de lerarenopleiding van Inholland. Op zoek naar mijn plekje binnen de organisatie, herkenning, erkenning. Ach, op een gegeven moment ben ik daar maar mee gestopt. Ik schijn niet in een hokje te passen. En sindsdien ga ik functieloos gebukt onder te veel functies en ik moet zeggen, ik heb nog nooit zo lekker gefunctioneerd. Maar ja, er moet toch wat op dat visitekaartje. De free lecture The Best Job Title in the World van Knowmads Educator Floris biedt uitkomst!

    The best job title…

    What makes a great job title? It tells others what you do, and at the same time toggles curiosity. And perhaps most importantly: a great job title supports you to feel free to do what you are best at.

    De free lecture bestaat uit creatieve werkvormen die je helpen om je (kern-)kwaliteiten, talenten, dromen, doelen, etc. te inventariseren en te visualiseren, en daar uiteindelijk een ‘functieomschrijving’ bij te bedenken. Dit lijkt mij een uitstekende werkvorm voor studieloopbaanbegeleiding: natuurlijk wil je aardrijkskundedocent worden, maar wie ben jij als docent en waarom is het belangrijk dat jij met die kinderen aan de slag gaat! Misschien levert dat wel functieomschrijvingen op als ‘docent-innovator Mens & Maatschappij’ of ‘docent creativiteitsdeskundige betavakken’ of…Talenten kunnen maar niet genoeg benadrukt worden!



    Free lecture
    Een free lecture is niets nieuws, maar de gedachte die hier achter zit inspireert mij en brengt mij op ideeën. Hoe zouden studenten en mijn collega’s reageren als zij een opdracht zouden krijgen om een dergelijke free lecture te ontwikkelen over hun passie en die boodschap te delen met de rest van de wereld. Hoe zouden ze reageren op de feedback?

    At Knowmads we have a open source attitude. We love to create a world where people learn to become what they could be, rather than comply to criteria that do not fit them and their talents. Our free lectures help anyone with a can do, want to, and, love to attitude. We hope our approach will one day be present at schools around the world.

    Download de free lecture hier (pdf).

    Jeroen
    Leertoerist-begeleider of Hoofd Enthousiast-Chaotisch Docent of….

  • ICT in de lerarenopleiding: aanbevelingen en inspiratie

    Leestijd: 4 minuten

    Het is al weer een paar weken terug, maar ik wil toch nog verslag doen van de Kennisnet bijeenkomst “ICT in de opleiding, nut of noodzaak?” op 17 november in het Spoorwegmuseum. Helaas heb ik de Hogwarts Express niet kunnen aanschouwen, maar wel gehaald waar ik voor kwam: de stand van zaken met betrekking tot de implementatie van de kennisbasis ICT in de lerarenopleiding. De middag leverde een aantal aanbevelingen op voor integratie van ICT in de opleiding. (meer…)

Mijn blog waarin ik aantekeningen, ideeën, gedachten en ervaringen verzamel. Over onderwijs, leren en creatieve technologie. Over projecten, evenementen en inspiratiebronnen. Over mijn eigen ontwikkeling als professional. Over gras dat groener is aan de overkant. Met hier en daar een off-topic momentopname.

Jeroen Bottema