Dit semester heb ik in samenwerking met collega’s van de bibliotheek een herontwerp van de workshop ‘informatievaardigheden’ voor de masteropleiding Leren & Innoveren gemaakt. Wij hebben daarbij gebruik gemaakt van weblectures, die de studenten ter voorbereiding op de workshop konden bekijken. Het principe van Flipping the Classroom. Deze leerpraktijk heb ik toegelicht tijdens een netwerkbijeenkomst rondom weblectures bij Inholland. Ik gebruik deze casus ook in kader van de Kennisnet regeling Pas toe en leg uit, waarvoor ik nu druk doende ben om een video te produceren. Dat levert o.a. een uitgebreide beschrijving (een script) op van de leerpraktijk, die ik via deze weg natuurlijk kan delen.
Doel en aard van de leerpraktijk
Het betreft dus een onderwijsactiviteit die gaat over de wijze waarop studenten van de masteropleiding Leren & Innoveren zich voorbereiden op een workshop informatievaardigheden en kennis verwerven en verwerken over dit onderwerp. Mijn studenten nemen zo eens in de drie weken deel aan een masterclass-dag, met daarin o.a. expertmeetings en allerlei werksessies. Een groot deel van het leerproces vindt dus op afstand plaats, waarin de digtale leeromgeving een essentiële rol speelt.
In het eerste semester bieden wij studenten een introductie-workshop informatievaardigheden aan in een werksessie van 1,5 uur. Dat is niet veel tijd (druk en vol programma), en een groot gedeelte van deze tijd ging in voorgaande jaren op aan klassikale instructie, waardoor de tijd voor begeleide instructie in een computerlokaal onder druk kwam te staan. Hierdoor ontstond een instructieprobleem: studenten die behoeften hadden aan begeleiding achter de computer kregen deze onvoldoende, waardoor zij o.a. niet efficient konden zoeken in wetenschappelijke databases.
Dit studiejaar hebben wij besloten om de algemene instructie te vatten in twee korte weblectures op basis van een PowerPoint-presentatie, die voorafgaand aan de workshop door studenten bekeken moest worden. Hierdoor konden wij de korte tijd van de workshop effectiever benutten en richten op het hands-on gedeelte van de workshop en de specifieke vragen van de studenten.
De studenten werd gevraagd om over de inhoud van de weblectures vragen en opmerkingen te posten in een online discussieforum, mocht daar aanleiding voor zijn. Deze vragen werden meegenomen in de voorbereiding op de workshop. Hierdoor heeft de student invloed op de invulling van de workshop en wordt voor een gedeelte mede-eigenaar gemaakt.
Doordat studenten allemaal de inhoud van de weblectures tot zich hebben genomen, en wellicht een vraag gepost hebben op het online discussieforum, komen ze voorbereid de workshop in. Er is voorkennis geactiveerd. De aandacht in de workshop kan gericht worden op het verbreden en verdiepen van het thema.
De voordelen van het inzetten van de weblectures zijn vast bekend. De student kan zelf besluiten wanneer de instructie wordt bekeken en kan dit op eigen tempo doen. Als er onderdelen niet helemaal begrepen worden kan de student een stukje terug spoelen om het nog een keer te bekijken. Doordat de weblecture is gecombineerd met een PowerPoint, kan de student navigeren door de weblecture via het dia-overzicht. De student kan dus springen in de weblecture en onderdelen selecteren die voor de student relevant zijn. Informatie die al bekend is kan bijvoorbeeld worden overgeslagen. Ander belangrijk voordeel is dat we de instructie kunnen hergebruiken.
Maar het bekijken van een weblecture op zich zelf is m.i. niet voldoende. Om een betekenisvol leerproces te krijgen hebben we met opzet gekozen om de weblecture te verbinden met een online discussieforum waar de studenten de mogelijkheid hebben om hun gedachten over de inhoud uit te werken en de begeleide instructie in de workshop.
Werkwijze in de praktijk
De workshop wordt verzorgd door twee collega’s van de bibliotheek. Zij zijn specialisten op het terrein van informatievaardigheden en het zoeken van wetenschappelijke literatuur. In voorgaande jaren maakten zij gebruik van een PowerPoint-presentatie, een vrij algemene inleiding over informatievaardigheden. Een deel van de studenten is bekend met dit onderwerp, een deel niet. Dat is dan ook gelijk het nadeel van de deze werkvorm, je bedient er maar een klein deel van je publiek mee. Toch leverde deze werkvorm genoeg vragen op zodat er uiteindelijk vrij weinig tijd overbleef voor het toepassen van de informatie, bijvoorbeeld door het leren zoeken in en gebruiken van wetenschappelijke databases. Een zeer relevante vaardigheid die de studenten goed moeten leren beheersen tijdens de opleiding.
In een vroeg stadium heb ik met mijn collega’s gesproken over dit instructieprobleem en ze voorgesteld om te gaan werken met weblectures in combinatie met een online discussieforum en een praktische workshop. We hebben eerst een selectie gemaakt van onderwerpen die geschikt waren voor weblectures en welke voor de workshop. Voor de inhoud van de weblectures hebben we besloten om een deel van de presentatie in twee delen te knippen. Dat resulteerde in twee korte weblectures van ongeveer tien minuten.
Wij maakten daar een aantal afwegingen bij. Ten eerste wilde wij graag dat de hele weblecture bekeken zou worden door de studenten. Een korte weblecture helpt daarbij, was ons idee. Ook wilden we de inhoud van de weblecture eenduidig houden: een weblecture per thema. Dit geeft de studenten houvast als zij de informatie tot zich nemen maar het is ook makkelijker verwijzen als er vragen zijn.
De weblectures hebben wij laten opnemen door het ’team weblectures’ van Inholland. Zij hebben de professionele apparatuur om een kwalitatief goede productie te maken en ondersteunen bovendien in de voorbereiding door adviezen te geven. Als de weblectures zijn opgenomen worden ze gepubliceerd via een mediasite server.
De link naar de weblectures heb ik vervolgens opgenomen in mijn instructie in de online leeromgeving van de opleiding. De opdracht was om kennis te nemen van de inhoud van de weblectures en vragen/opmerkingen te posten op een online discussieforum. De studenten hadden hier ruim een week de tijd voor. In deze instructie heb ik verder toegelicht wat de aard zou zijn van de workshop, en welke rol de weblectures daarin hebben. Ik heb aangegeven dat de inhoud van de weblectures niet herhaald zou worden. Hierdoor wordt voor de student een noodzaak gecreëerd om de weblectures te bekijken. De student is anders niet goed voorbereid, participeert met een achterstand in de workshop, waardoor deze voor de student minder tot niet effectief is.
De workshop organiseerde wij in het computerlokaal voor een groep van ongeveer 18 studenten. De sessie begon met een korte introductie over de inhoud van de workshop en het bespreken van de vragen en ervaringen die de studenten hadden n.a.v. het bekijken van de weblectures. Vervolgens werd overgegaan tot het oefenen op de computer, met name het werken in de bibliotheeksystemen van Inholland en het gebruik maken van allerlei wetenschappelijke databases. De studenten kregen hiervoor een aantal gerichte opdrachten, die ze wel in de context konden plaatsen voor hun eigen toetsproducten, het schrijven van een paper, onderzoeksopzet en onderwijsontwerp. Het leverde dus gelijk ook winst op voor de student. Mijn twee collega’s en ik liepen rond om de studenten te begeleiden en in te gaan op vragen.
Aan het einde van de workshop is aangegeven dat de weblectures uiteraard beschikbaar blijven, maar dat ook het discussieforum zijn functie blijft behouden. Op deze wijze kunnen we het proces van studenten rondom informatievaardigheden blijven begeleiden.
Reflectie
De reden waarom ik deze leerpraktijk heb gekozen voor de regeling Pas toe en leg uit (naast het feit dat het lectoraat eLearning vriendelijk verzocht werd om mee te werken) is de eenvoud er van. Het laat zien hoe de inzet van ICT effectief kan zijn en kan bijdragen aan een betekenisvol leerproces. Er lag een duidelijk instructieprobleem aan ten grondslag, die voor een deel ook veroorzaakt wordt door de beperkingen van de organisatie (roosterdruk). Deze inzet van ICT kon een groot deel van instructieprobleem oplossen en leidde volgens ons en de studenten tot een effectieve workshop, waar een goede basis is ontstaan voor verdere ontwikkeling op dit terrein. De inhoud van de leerpraktijk leende zich ook goed voor deze opzet. De informatie in de weblectures gaf een goed beeld van de materie volgens de studenten, was niet te complex en voldoende goed te kunnen participeren in de workshop. Een andere reden om te kiezen voor deze werkwijze is weten dat Inholland beschikt over de expertise, begeleiding en apparatuur om dergelijke producties snel te realiseren. De inzet van weblectures een een concept als Flipping the Classroom worden bovendien veel besproken. Dit was ook aanleiding om de leerpraktijk op deze wijze te ontwerpen.
Als we geen gebruik hadden gemaakt van ICT dan had ik de studenten moeten vragen om zich in te lezen in het onderwerp. Het betreft dan een voorbereiding die meer tijd vraagt van de student, en gezien de andere activiteiten in de opleiding is tijd een kostbaar goed. Het is aantrekkelijker voor studenten om via een weblecture een overzicht te krijgen van de materie. Leervragen kunnen vervolgens aanleiding zijn voor verdere verdieping mocht dat nodig zijn. Als er geen sprake was van inzet van ICT dan hadden we studenten niet de mogelijkheid gegeven om vragen en opmerkingen die opkomen gelijk te stellen op een online discussieforum. Als begeleider heb ik geen zicht op wat er leeft, en kan de workshop daar niet op aanpassen. Ook kunnen de studenten geen kennis nemen van elkaars vragen, je ontneemt ze een mogelijkheid om van en met elkaar te leren. Als begeleider en docent kies je dan wellicht voor de veilige weg en verzorg je toch een frontale instructie, met een deel herhaling, met als gevolg dat de studenten consumeren in plaats van actief leren.
De leerpraktijk moet nog verder verfijnd worden. Wat betreft de inhoud ontwikkelen wij nog een extra weblecture ter voorbereiding op de workshop. Ook denk ik dat het goed is om een aantal screencasts aan te bieden aan de studenten die de werking van de bibliotheeksystemen en werken in databases toelicht. Het betreft hier dan alleen de ‘knoppenkunde’. Deze screencasts ondersteunen de studenten in het proces na de workshop, maar zijn daar wel aan gekoppeld aan de context van de workshop.
Een ander belangrijk onderdeel is het toetsen van het effect van de leerpraktijk. Dat hebben we vooralsnog niet systematisch gedaan, en dat is een aandachtspunt. Aan het einde van het semester willen wij van de studenten weten in welke mate ze nu gebruik hebben gemaakt van de kennis die ze hebben opgedaan tijdens de leerpraktijk. Dan zijn ook de inhoudelijke producten opgeleverd en beoordeeld. In de beoordeling worden ook op dit punt feedback gegeven.
Het effect van de leerpraktijk breng je deels in kaart door de bijdragen te volgen op het online discussieforum. De instructie in deze was op vrijwillige basis, en hierdoor werd er niet actief gepost op het forum. Deze workshop is met name ondersteunend en heeft niet bij alle studenten prioriteit gezien de werkdruk en de andere leeractiviteiten. Ik kan er voor kiezen om mijn instructie aan te passen en de studenten gericht een vraag te stellen die leidt tot verwerking van de inhoud van de weblecture of bijvoorbeeld door het invullen van een korte vragenlijst, die de leeropbrengst van de workshop transparant maakt.
Door het bekijken van de statistieken via Mediasite kregen we wel vooraf het beeld dat beide weblectures nagenoeg in zijn geheel waren bekeken. Door overigens meer studenten dan wij in onze groep hebben zitten.
Nu verder met monteren van de video. Hieronder onze presentatie voor de netwerkbijeenkomst weblectures bij Inholland van 15/11 en een link naar de weblecture van de presentatie (alleen toegankelijk voor collega’s van Inholland, en spoel een stukje vooruit: geluid is in het begin niet goed, dus ik start opnieuw).