Leervlak

Een dialoog over leren met Robert-Jan Simons

Leestijd: 4 minuten

Vrijdag 30 november j.l. organiseerden wij, studiebegeleiders en studenten van de masteropleiding Leren & Innoveren, een masterclass met als gastspreker Robert-Jan Simons. Over waarom hij de discussie over het nieuwe leren niet meer zo leuk vindt, waarom beterspellen.nl misschien een effectievere manier is om te leren spellen dan spellingsonderwijs op school en over de invloed van flipping the classroom: wat is de functie van het onderwijs als alles is ‘geflipt’? Ditmaal geen loeiende koeien, maar wel een waardevolle dialoog. Ik vat een aantal momenten samen. 

Belief en design
 “Het is niet interessant wat ik vind, maar waarom ik het vind”, merkte Simons aan de start van de sessie op. Simons vindt dat het onderwijsdebat vaak over opvattingen en meningen gaat, maar zonder goed te kijken naar de achterliggende feiten. 

Hij haalde Bereiter en Scardamalia (2003, PDF) maken het onderscheid in belief mode en design mode. Bij de belief mode gaat het om het debat: wat is beter, wat zijn voor- en nadelen, wat zijn argumenten voor en tegen? Simons vindt de dialoog over onderwijs interessanter. De design mode: wat betekent deze keuze, waar willen we naar toe, hoe kunnen we iets ontwerpen dat de theorie met de praktijk verbindt? Er moet in het onderwijs gezocht worden naar een balans in debat en dialoog. 

Blokkeren
Simons noemt als voorbeeld het debat over het nieuwe leren, een onderwerp waar hij veel over geschreven heeft, met name over de misverstanden die daarover zijn ontstaan. Hoewel zelf moe van het debat over het nieuwe leren, moeten we het er volgens hem toch over blijven hebben, en aandacht hebben voor de onderliggende discussies. De discussies over zelfregulerend leren en authentiek leren zijn zeer actueel en heel interessant. Simons geeft aan dat het debat over nieuwe leren ons blokkeert in deze discussie. “We moeten op dit terrein weer in de dialoog”. 

Leren leren
Er wordt verder gepraat over de ontwikkeling van denk- en leervaardigheden bij leerlingen. Dat vraagt van de docent de rol van ‘coach of learning‘. Als docent moet je je realiseren dat je je leerlingen leert leren: cognitive apprenticeship. We vragen ons af wat er met de aandacht voor het leren leren is gebeurt in het onderwijs en welke rol de overheid, die steeds verder gaat in het voorschrijven en bewaken van ‘kennis en kwaliteit, heeft  in deze. 

De overheid stuurt op extra focus op rekenen en taal in het onderwijs, en het afschaffen van een vak als CKV. Dit laatste vindt Simons verschrikkelijk. Leerlingen dienen in zijn visie breed opgeleid te worden en 21st century skills te ontwikkelen waarmee ze in staat zijn om complexe problemen te kunnen oplossen. Het is een vak als CKV dat juist deze vaardigheden aan de orde stelt.  Simons: “De hele wereld is aan het afstappen van het PISA-denken, maar in Nederland doen we er nog een schepje bovenop”. 

Concept-context
We creëren vanuit de kerndoelen een overdaad aan informatie. Er wordt zoveel kennis aangeboden, er is zoveel informatie en er komt steeds meer informatie bij. Wat kun je kwijt in de relatief korte periode van het onderwijs? Het heeft tot gevolg dat er een enorme spanning is ontstaan tussen oppervlakte- en diepleren. “We overschatten wat moet, en we onderschatten wat kan”, geeft Simons aan. Scholen moeten bepalen wat ze belangrijk vinden en zich niet alleen laten leiden door kerndoelen e.d. 

Simons illustreert dit onderwerp verder aan de hand van de  concept-context benadering in het beta-onderwijs. Hier worden kernconcepten gekozen die vervolgens goed worden uitgewerkt en worden verbonden met verschillende contexten. Less is more. De contexten verbinden de concepten met de werkelijkheid en dienen de leerling nieuwsgierig te maken om vragen te stellen en naar oplossingen te zoeken.

De huidige vakkenstructuur in het voortgezet onderwijs is goed voor het vak, maar voor complex leren, een probleem oplossen waar je al deze vakken voor nodig hebt, is het nadelig. Er is daardoor vaak sprake van low road transfer, op basis van routine, in plaats van high road transfer, waar een leerling op basis van reflectie complexe problemen kan oplossen. 

De flip
Simons noemt de ontwikkeling van Flipping the Classroom. Hij toont de TEDtalk van Salman Khan, oprichter van de Khan Academy: Let’s use video to reinvent education. Een dergelijke aanpak heeft tot gevolg dat er meer ruimte voor leren leren ontstaat. Simons is onder de indruk van de onderstroom in het Nederlandse onderwijs op dit gebied: docenten die zelf initiatieven nemen om hun les te ‘flippen’.

Wat betekent deze ontwikkeling voor het onderwijs, als over een aantal jaren alle instructies zijn gedigitaliseerd? De leerling heeft een keuze: “Zal ik dit onderwerp leren begrijpen aan de hand van die saaie docent uit de polder of kies ik voor de beste docenten op de wereld?” Simons geeft aan dat de school zich dan opnieuw moet uitvinden. Ik zeg: #reboelje

Vogelen
Simons maakt onderscheid in drie soorten leren: zelfgestuurd-, impliciet- en begeleid leren. Dat laatste kennen wij het beste. Maar het is niet de plek van leren die interessant is, maar de sturing. Sommige dingen kunnen we alleen maar impliciet leren, en worden niet zo makkelijk overgedragen via gestuurde instructie. 

Als voorbeeld noemt Simons de vogelaar. Hoe leer je dat? ‘Vogelen’ is een ingewikkeld leerproces, er is sprake van leven lang leren. In eerste instantie heb je niets aan de boekjes en CD’s. Vogelen vraagt kennis van de samenhang van vele zaken, en die samenhang ontdek je door het opdoen van ervaring. Via observatie, redeneren en door deze ervaringen te delen in de ‘learning community’ van vogelaars. 

Mensen leren impliciet in de praktijk. Dit ervaringsleren is wel te organiseren. Het is te beïnvloeden door het werkgedrag en/of de context te veranderen. Bijvoorbeeld door voor veel variatie in een werksituatie te stoppen: taakdifferentiatie. Simons doet een pleidooi voor jobrotation in het onderwijs, waardoor een docent in aanraking komt met andere collega’s en andere perspectieven, in plaats van een leven lang op dezelfde school te werken. 

Mindshift
“We moeten af van het idee dat er maar een manier is om het leren te organiseren”, vervolgt Simons. Bijvoorbeeld het organiseren van een context waar je hoopt/verwacht dat er allerlei soorten leerprocessen plaatsvinden, waar je mensen verantwoordelijk maakt voor anderen, etc. 

 “Leren gaat over mindshifts, het gaat over anders denken”. Leren gaat om het in aanraking komen met andere perspectieven, hoe je kijkt naar de werkelijkheid en of je dit met een ander perspectief kunt doen. 

Het was een interessante masterclass, een dialoog over verschillende aspecten van betekenisvol leren (bovenstaande is maar een kleine selectie) onderbouwd met de feiten.

Mobiele versie afsluiten